Lesson up week : mobiliteit en bedcomplicaties

• persoonlijke week 6
• MBO
• Studiejaar 1

Thema persoonlijke zorg: Hfst 6 Mobiliteit

Leerdoelen

Je hebt kennis  van mobiliteitsproblemen bij je client 

Je kunt methodisch werken mbt mobiliteit

Je kunt risico scorelijsten mbt mobiliteit gebruiken

Je bent op de hoogte van protocollen mbt hulpmiddelen en mobiliteit en kunt aangeven hoe je deze gebruikt

Je kunt inspelen op angst bij de transfers en deze reduceren

Planning

20 minuten theorie

30 minuten aan de slag met opdrachten

Wat zijn je leervragen mbt mobiliteit?

Methodisch werken ?

Lees in orgpad hfdst ..........

Doel: het kunnen uitvoeren van alle transfers op de juiste wijze zonder zelf lichamelijke klachten te ondervinden of te ontwikkelen.

Niet langer dan 1 min. met gedraaide of meer dan 30° met gebogen en/of gedraaide romp handelingen verrichten.

Niet meer trekken dan 25 kg met 2 handen

Maximaal 15 kg met 1 hand

Maximaal 5 kg met de vingers

Goede werkhoogte

Afwisselen (in beweging blijven)

Hoe kun je lichamelijke klachten bij jezelf voorkomen?

Ergonomisch werken

Ergonomisch werken wil zeggen dat je zorgt dat je geen lichamelijke en geestelijke klachten oploopt door je werk.

• Lichaamshouding
• Hulpmiddelen --> tillift, glijzijl, draaischijf 
• Materialen in hoogte verstelbaar --> bureaustoel

Richtlijnen

Praktijkrichtlijn Fysieke belasting

Indeling in mobiliteitsklassen

Transferprotocol

Juiste werkhouding

Let op juiste houding bij het aan- en uittrekken van steunkousen

Juiste werkhouding

Let op de juiste houding tijdens het verschonen of helpen van een zorgvrager op bed

Mobiliteitsklassen

Waar kan je vinden in welke mobiliteitsklasse valt?

5 mobiliteitsklasse – o.b.v. functionele mobiliteit

A: Zelfstandig (e.v.t. met gebruik van hulpmiddel), geen risico op overbelasting zorgverlener.

B: Met lichte ondersteuning; bed met papegaai, geen risico op overbelasting zorgverlener

C: Met hulp & actief hulpmiddel; draaischijf, glijzeil, actieve lift. Wel risico op overbelasting zorgverlener

D: Ondersteuning & passief hulpmiddel; onvoldoende rombalans en kunnen geen steunen nemen op één of beide benen. Passieve lift. Wel risico op overbelasting zorgverlener

E: Volledig passief; Passieve tillift. Wel risico op overbelasting zorgverlener. Doel is niet om mobiliteit te stimuleren en onderhouden, maar bedcomplicaties te voorkomen. 

Fysieke belasting

Niet langer dan 1 min. met gedraaide of meer dan 30° met gebogen en/of gedraaide romp handelingen verrichten.

Niet meer trekken dan 25 kg met 2 handen

Maximaal 15 kg met 1 hand

Maximaal 5 kg met de vingers

Goede werkhoogte

Afwisselen (in beweging blijven)

Doel: het kunnen uitvoeren van alle transfers op de juiste wijze zonder zelf lichamelijke klachten te ondervinden of te ontwikkelen.

Niet langer dan 1 min. met gedraaide of meer dan 30° met gebogen en/of gedraaide romp handelingen verrichten.

Niet meer trekken dan 25 kg met 2 handen

Maximaal 15 kg met 1 hand

Maximaal 5 kg met de vingers

Goede werkhoogte

Afwisselen (in beweging blijven)

een handeling waarbij een cliënt wordt verplaatst met anderen en/of met een hulpmiddel heet een

1. beweegmoment
2. transfer
3. tiltechniek
4. tilprotocol

Juiste werkhouding

Houding tijdens het verplaatsen van middelen

Mobiliteitsklasse A, B en C

A = vrijwel zelfstandig in mobiliteit

B= Vrij zelfstandig maar hulp bij transfers en ADL; geven van aanwijzingen of richting bij opstaan. Kleine hulpmiddelen als papegaai of draaischijf

C= Kunnen niet zelfstandig opstaan, meestal rolstoel gebonden, enige rompbalans, steunen op 1 been

Mobiliteitsklasse D en E

D= vrij passief in mobiliteit, onvoldoende rompbalans, geen steun op 1 of beide benen. 

E= vrijwel volledig passief, bijna volledig bedlegerig, neiging tot stijfheid en contracturen

Transferprotocol

Onderdeel van het zorgdossier

Geeft precies aan hoe de transfers moeten verlopen

Regelmatige herziening noodzakelijk

Bij jullie in het dossier?

Welke hulpmiddelen voor een transfer ken je op jouw afdeling?

Omgevingsgebonden factoren zijn:

de omgeving: onvoldoende (straat)verlichting, ongelijke bestrating, hoge drempels, losse kleedjes en voorwerpen

hulpmiddelen: slecht onderhouden rollator, boodschappentas zonder wielen, slechte huishoudtrap, schoenen met gladde zolen

Pesoonsgebonden factoren

Welke andere disciplines kun je inschakelen?

huisarts, revalidatiearts, 

orthopedisch chirurg die operatie en behandeling inzetten om mobiliteit te verbeteren

fysiotherapeut, ergotherapeut, mensendiecktherapeut, 

cesartherapeut die helpen bij adviezen van juiste hulpmiddelen, deze aanleren en therapie geven in verband met mobiliteit of lichaamshouding

orthopedisch instrumentmaker die hulpmiddelen maakt om de lichaamshouding te corrigeren en te verbeteren, zoals speciale korsetten, speciale kussens in (rol)stoel, aangepaste schoenen

Bekijk filmpjes van:

- Actieve lift 

- Passieve tillift 

- Stedy of rollator 

- Van bed naar stoel 

- Rechtop in een stoel positioneren 

Afhankelijk van wat er aangedragen wordt uit de klas! Stedy ophalen woonzorg!

15 minuten per onderdeel

Haptonomisch werken:

Bij in contact komen spelen vier fenomenen een belangrijke rol; ruimtes, naderen, uitnodigen en doorvoelen 

Verminderde mobiliteit; welke aandoening denk je aan?

De positie waarbij het bed van de zorgvrager aan het hoofdeinde licht naar boven wordt gezet, zodat het voeteneinde lager komt te liggen dan het hoofdeinde, heet:

1. Trendelenburgpositie
2. Anti-trendelenburgpositie

Voor degenen die nog wat meer verdieping willen in de stof staat op de volgende slide een link naar een free-learning die je kan maken. Succes!

Evaluatie