tegenwoordig deelwoord deel 1 (thema 4 TA8)

1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
SpellingBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Doel van deze les:
Ik weet wat een tegenwoordig deelwoord is en ik weet hoe ik deze woorden correct moet schrijven.

Slide 2 - Diapositive

Jullie kennen het deelwoord.
Ik heb/ben (iets).....

Slide 3 - Diapositive

Zijn jullie er klaar voor?!

Slide 4 - Diapositive

Maak af:
Ik heb gisteren.......................

Slide 5 - Carte mentale

Deelwoord verandert in:
Voltooid deelwoord.

Voltooid betekent: het is gebeurd.

Slide 6 - Diapositive

Naast een voltooid deelwoord leren jullie nu ook het tegenwoordig deelwoord.

Slide 7 - Diapositive

Tegenwoordig betekent: nu, het is nog bezig, nog geen verleden/voltooide tijd.

Slide 8 - Diapositive

Verder:
In een zin met een tegenwoordig deelwoord gebeuren er 2 dingen tegelijk.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Maak een zin met 'fietsend' als tegenwoordig deelwoord.

Slide 11 - Carte mentale

Gelovend dat het gaat regenen, pakt hij zijn paraplu.

Slide 12 - Question ouverte

Wat is het tegenwoordig deelwoord?
Bewonderend kijk ik hem aan.

Slide 13 - Question ouverte

Wat is het tegenwoordig deelwoord?
De man loopt zwalkend door de regen.

Slide 14 - Question ouverte

Wat is het tegenwoordig deelwoord?
De man herhaalt huilend dat hij het niet meer weet.

Slide 15 - Question ouverte

Wat is het tegenwoordig deelwoord?
De man is duidelijk ontmoedigd.

Slide 16 - Question ouverte

GOED GEOEFEND!!!!

Slide 17 - Diapositive