6 Bijvoorbeeld: Kai’s vader neemt de jongens mee naar de ‘zwarte plek’ omdat hij wil dat de kinderen hem beter leren begrijpen.
7 Bijvoorbeeld: vervallen, verwaarloosd, rommelig, slechtonderhouden, etc.
8 Het thema verwaarlozing is terug te zien in de omschrijving van het erf; het wordt als slechtonderhouden omschreven. Het is er een rommeltje. Er is van alles kapot: een kas met ingekinkelde ruiten, de resten van een kippenren. Er ligt een auto ‘begraven’. Er zijn planten die van alles hebben overwoekerd en andere plekken liggen juist kaal. Ook zijn er dingen gebouwd die helemaal niet gebouwd hadden mogen worden.
De achteloze manier waarop wordt omgegaan met de leefruimte, is vergelijkbaar met de manier waarop ze omgaan met de kinderen uit het boek. Ze hebben voor beide zaken geen aandacht en willen of kunnen niet goed voor ze zorgen.