V2 Fictie 23: Ruimte

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Welkom v2at!

Programma

1. 10 minuten lezen
2. Korte herhaling Fictie 22: Tijd
3. Fictie 23: Ruimte
4. Toets grammatica bespreken
5. Afsluiting en vooruitblik
   

10 minuten lezen

Wat is de verteltijd? En wat is vertelde tijd?

Wat is een flashback? En wat is een flashforward?

Fictie 23: Ruimte

Doel: Je leert hoe een schrijver spanning creëert met ruimtebeschrijvingen.

 

Kennen jullie al manieren hoe een schrijver spanning creëert met het gebruik van ruimtebeschrijvingen?

Ruimte

Ruimte = omgeving waarin het verhaal zich afspeelt

Onder ruimte versta je alle omschrijvingen over de omgeving:

• Voorwerpen, bv. een flikkerende lamp
  
• Geluiden, bv. geraas van verkeer
  
• Weer en seizoenen, bv. stralende zon
  
• Tijdperken, bv. het jaar 1483
  
• Culturen, bv. personages met een Twents dialect
  

Ruimte

De schrijver kan een ruimte inzetten op twee manieren:

1. Stemmingverhogend = de ruimte past bij de gebeurtenissen
   
2. Contrasterend = de ruimte past niet bij de gebeurtenissen
   

Verzin bij de volgende gebeurtenissen een stemmingverhogende en een contrasterende ruimte.
a) een romantisch diner
b) een crematie
c) een riddergevecht
d) een roofoverval

Hoe kan een schrijver spanning creëren met het gebruik van ruimtebeschrijvingen?
Geef antwoord in volledige zinnen!

Jullie worden ingedeeld in groepjes van 4-5.
Bespreek samen jullie antwoorden. En vul het reflectieformulier in.
Op welke vragen heb je nu geen juist antwoord? Voer deze vraag hier in.

Toets Grammatica bespreken

Groepjes

Timor, Puck, Livya en Noah

Lotte, Fien, Evie en Joeri

Anna, Amélie, Sarah en Faris

Luuk, Noa, Guus en Filip

Syb, Fynn, Lize, Renske en Sem

Afsluiting en vooruitblik

Volgende les: maandag 25 maart

• Huiswerk: maken opdr. 3 en 4 (p. 95) + leren p. 94
• Meenemen: LAPTOP en leesboek
• Programma: spreekvaardigheid