Staal televisie les 2

1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 9 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Ik kijk televisie
(dus geen netflix, disney+ etc.)
ja
soms
nooit

Slide 2 - Sondage

Ik weet hoe de taal die in televisieprogramma's wordt gebruikt invloed heeft op onze taal.

Slide 3 - Diapositive

Waar denk jij aan bij tv taal?

Slide 4 - Carte mentale

Slide 5 - Vidéo

Ik hoor of gebruik deze zin wel eens?
ja
nee

Slide 6 - Sondage

Slide 7 - Vidéo

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Vidéo

Slide 10 - Vidéo

Slide 11 - Vidéo

Slide 12 - Vidéo

Waarom zijn woorden en uitdrukkingen die je op de televisie hoort bij veel mensen bekend?
A
Heel veel mensen kijken televisie en horen de uitdrukkingen.
B
Ze staan ook in taalboeken.
C
Kinderen leren ze van hun ouders.
D
Ze zijn vaak kort en grappig en dat onthoud je goed.

Slide 13 - Quiz

Wat vond jij van deze filmpjes?

Slide 14 - Carte mentale

Waarom is het leuk om televisie taal te gebruiken?

Slide 15 - Question ouverte

Slide 16 - Vidéo

Ik maak een typ fout tijdens het appen?
Vaak
Soms
Nooit

Slide 17 - Sondage

Wanneer kun je de uitdrukkingen gebruiken? Verbind.
Applaus voor jezelf!
Gaan met die banaan.
Goeiemoggel!
zij zijn groot en ik is klein en dat is niet eerlijk
Licht uit, spot aan
Als je op een grappige manier iets wilt zeggen wat niet eerlijk is.
Als je iemand een compilment wilt geven
Als je iemand wilt begroeten
Als je iets door wilt laten gaan.
Als het spannend wordt

Slide 18 - Question de remorquage

Hoeveel woorden en/of uitdrukkingen uit het bronnenboek ken je al?
(Schrijf een getal op)

Slide 19 - Question ouverte

Ken jij nog een uitdrukking en/of woord die niet uit het bronnenboek komt?

Slide 20 - Question ouverte

Maak een zin met minimaal 1 van de uitdrukkingen of woorden uit het bronnenboek

Slide 21 - Question ouverte

Wat vond jij van de filmpjes?

Slide 22 - Carte mentale

Wat vond je van deze manier van les krijgen?

Slide 23 - Carte mentale

Slide 24 - Vidéo

Klaar? Ga verder in je werkboek.

Slide 25 - Diapositive