Didactiek live 12

• Didactiek
• MBO
• Studiejaar 1

Didactiek LE 10: Evalueren

Keuzedelen gids

1e & 2e keuze doorgeven vóór morgen. 

(Zie mail Norbert). 

Terugkoppeling

Vorige les ging het over: 

1) Benoemen van de 6 functies van evalueren.

2) Benoem het begrip evalueren.

3) Momenten van evalueren

4) PDCA-begrip benoemen

Welke definitie geeft het boek over het begrip: EVALUEREN?

1. Evalueren is een verbale terugkoppeling over het effect van gedrag van de docent op de deelnemers.
2. Evalueren is het verzamelen en interpreteren van informatie met als bedoeling een oordeel te vormen over het resultaat en het verloop van de les.
3. Evaluatie benadrukt gewenst en positief gedrag in de toekomst. De lesgever leert hiervan en tracht de volgende les te verbeteren.
4. Evalueren is een verzamelnaam voor feedback en feedforward.

Benoem minstens 2 momenten
wanneer je evalueert?

Een les verloopt altijd volgens hetzelfde patroon: Waar staat PDCA-patroon voor?

1. Plan, debate, cadgets, act
2. Pace, do, cadgets, affirm
3. Plan, do, check, act
4. Pace, debate, check, affirm

Welke van de onderstaande functies om te evalueren zijn correct?

1. Input voor de sporters
2. Verantwoording op eigen handelen
3. Vaststellen van doelen
4. Reflecteren op gedrag van de deelnemers

Welke van de onderstaande doelen om te evalueren zijn correct?

1. Reflectie op eigen functioneren
2. Controleren van beginsituatie
3. Beoordelen van het vaardigheidsniveau
4. Afronden van een les.

Hoeveel momenten tijdens een les ben je als lesgever aan het evalueren?

1. 3
2. 4
3. 5
4. 6

Voor de start van de les evalueer je

1. Waar
2. Niet waar

Aan het begin van de les evalueer je.

1. Waar
2. Niet waar

Vandaag: 

1) Benoemen van 2 manieren van evalueren. 

2) Benoemen van methoden om bovenstaande manieren uit te voeren. 

Manieren van evalueren

Product evaluatie = 

Proces evaluatie = 

Manieren van evalueren

Product evaluatie = Gaat over het eindresultaat.

We onderscheiden dan kwantitatieve- & kwalitatieve evaluatie. 

Kwantitatief = score, tijden, standen etc. 

Kwalitatief = Kwaliteit van de wedstrijd/oefening. 

Manieren van evalueren

Proces evaluatie = Gaat over de lesonderdelen.

Welke lesonderdelen bedoel ik? 

Proces evaluatie

Met lesonderdelen worden de didactische componenten bedoeld. 

Evaluatie methoden

Met welke methoden kan je het product evalueren? 

Evaluatie methoden

Met welke methoden kan je het proces evalueren? 

 Product: Wedstrijdje doen, circuittraining, testjes etc. 

Proces: Individuele gesprekken, groepsgesprekken of een evaluatie formulier laten invullen. 

! EVEN TESTEN !

JO9 spelen een wedstrijd en ze hebben gewonnen met 3-1.
Dit is een vorm van:

1. Kwantitatieve product evaluatie
2. Kwalitatieve product evaluatie
3. Kwantitatieve proces evaluatie
4. Kwalitatieve proces evaluatie

Een surfer haalt tijdens een surfwedstrijd alles uit de kast. De jury waardeert zijn heat. Dit is een vorm van:

1. Kwantitatieve product evaluatie
2. Kwalitatieve product evaluatie
3. Kwantitatieve proces evaluatie
4. Kwalitatieve proces evaluatie

Hoe heet de vorm waarbij je terugblikt op de didactische componenten?

1. Proces evaluatie
2. Kwalitatieve product evaluatie
3. Product evaluatie
4. Kwantitatieve proces evaluatie

Welke methode past er perfect bij de procesevaluatie?

1. Circuittraining
2. Groepsgesprek
3. Doelstelling
4. Geven van feedback

Benoem 2 methoden
van productevaluatie.

Aan de slag

Maken: Opdracht 5,6,7,8. (In je eentje)

Rest van de tijd: Lesvoorbereiding maken

Terugkoppeling doelen: 11:55. 

Vandaag: 

1) Benoemen van 2 manieren van evalueren. 

2) Benoemen van methoden om bovenstaande manieren uit te voeren.