TAAL

• Nederlands
• Lager onderwijs

GEEF EEN SAMENSTELLING
MET hoofd

GEEF EEN SAMENSTELLING
MET groot

GEEF EEN AFLEIDING MET ALS ACHTERVOEGSEL -heid

SAMENSTELLING

AFLEIDING

schuldig

kinderachtig

betaal

ademloos

zakdoek

hoofddeksel

regenjas

duikbril

Wat is het zelfstandig naamwoord in deze zin?
"In het oude Delphi stond een mooie tempel."

1. oude
2. stond + Delphi
3. tempel + oude
4. Delphi + tempel

Wat is het zelfstandig naamwoord in deze zin?
"Ook arme mensen kwamen naar de waarzegster luisteren."

1. arme + mensen
2. mensen
3. kwamen + waarzegster
4. waarzegster + mensen

Wat is het zelfstandig naamwoord in deze zin?
"Ze vroegen haar om hulp bij belangrijke en moeilijke beslissingen."

1. vroegen + moeilijke
2. moeilijke + beslissingen
3. beslissingen
4. belangrijke

Wat is het bijvoeglijk naamwoord in deze zin?
"In het oude Delphi stond een mooie tempel."

1. oude + mooie
2. stond + mooie
3. mooie + Delphi
4. Delphi

Wat is het bijvoeglijk naamwoord in deze zin?
"Ook arme mensen kwamen naar de waarzegster luisteren."

1. arme
2. mensen
3. kwamen
4. waarzegster

Wat is het bijvoeglijk naamwoord in deze zin?
"Ze vroegen haar om hulp bij belangrijke en moeilijke beslissingen."

1. vroegen
2. moeilijke + belangrijke
3. beslissingen
4. belangrijke + vroegen

Wat is het verkleinwoord van "vrouw"?

Wat is het verkleinwoord van "ketel"?

Wat is het verkleinwoord van "weg"?

Wat is het verkleinwoord van "jongen"?

Wat is het verkleinwoord van "boom"?