Les 3 significantie

Leerdoelen
-significantie kunnen toepassen bij vermenigvuldingen
-significantie kunnen toepassen bij optellen/aftrekken
-standaardnotatie toepassen en begrijpen waarom we het gebruiken ivm significantie
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Leerdoelen
-significantie kunnen toepassen bij vermenigvuldingen
-significantie kunnen toepassen bij optellen/aftrekken
-standaardnotatie toepassen en begrijpen waarom we het gebruiken ivm significantie

Slide 1 - Diapositive

Significantie: bij optellen

Slide 2 - Diapositive

Hoeveel is 12,6+1,44?

Slide 3 - Question ouverte

Hoeveel is 14,005 - 0,5?

Slide 4 - Question ouverte

Significantie bij: delen en verm.

Slide 5 - Diapositive

3 mensen nemen elk 100 mL water mee naar school. Hoeveel Liter water hebben ze in totaal?

Slide 6 - Question ouverte

Een tafel heeft een lengte van 2,1 en een breedte van 1,55 m. Wat is het oppervlak?

Slide 7 - Question ouverte

ojee, probleem
  • 100 x 20 = 2000
  • maar we mogen maar 2 significanties gebruiken!




                                                    Paniek!

Slide 8 - Diapositive

10 macht
=>                           => 
een positieve 10 macht kun je zien als de komma 2 plekjes naar rechts moeten schuiven.

=>                           =>
een negatieve 10 macht kun je zien als de komma 2 plekjes naar links moeten schuiven. 
1102
1102
100
0,01

Slide 9 - Diapositive

Hoe ging het ook alweer, werken met machten van 10?

Slide 10 - Diapositive

Schrijf het getal voluit:
2,53103
2,53103
2,53103
2,53103

Slide 11 - Question ouverte

Schrijf het getal voluit:
3,7104

Slide 12 - Question ouverte

Schrijf het getal voluit:
7100103

Slide 13 - Question ouverte

Wetenschappelijke notatie
het getal voor de komma heeft een waarde van 1 tm 9




wetenschappelijke notatie wordt bijna nooit gevraagd. Het juiste aantal significanties is vaak al voldoende.

444m=4,44102m
0,035s=3,5102s

Slide 14 - Diapositive

Schrijf in wetenschappelijke notatie:
0,01

Slide 15 - Question ouverte

Schrijf in wetenschappelijke notatie:

25,6

Slide 16 - Question ouverte

Heb je nog een vraag? Stel hem hier!
Zo niet, ga door naar het vragenvuur...

Slide 17 - Question ouverte


m=5,5011,2=

Slide 18 - Question ouverte


v=36002,0103=

Slide 19 - Question ouverte


ρ=2,001020,20105=

Slide 20 - Question ouverte