Paragraaf 3: Geluid

Hoofdstuk 1: Natuurwetenschappen

1HV
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 1: Natuurwetenschappen

1HV

Slide 1 - Diapositive

Paragraaf 3: Geluidsdragers

Slide 2 - Diapositive

Waar gaan we het over hebben?

  • Wat is geluid?
  • Wat is resonantie?
  • Hoe werkt een grammofoonplaat?
  • Hoe kun je geluid digitaal bewaren?

Slide 3 - Diapositive

Lees paragraaf 3
Tekstboek blz 12 t/m 14

Klaar? Begin aan de opdrachten op blz 8 van je werkboek.

Slide 4 - Diapositive

Wat is geluid?
  • Geluid bestaat uit trillingen
  • Geluidsbron: hetgene wat trilt
  • Wat kun je zien aan de trilling?

Slide 5 - Diapositive

Resonantie

  • Een voorwerp dat mee gaat trillen met de trilling van het geluid


  • Kun je een voorbeeld noemen?

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Hoe werkt de grammofoonplaat?

Slide 8 - Diapositive

Hoe kun je geluid digitaal bewaren?


  • Geluid omzetten naar digitaal bestand
  • Bewaren op de computer (mp3)
  • Vastleggen op een CD of DVD

Slide 9 - Diapositive

Aan de slag!
Maak opgave 16 t/m 24 op blz 8 en 9 van je werkboek

Slide 10 - Diapositive

Antwoorden

Slide 11 - Diapositive

16. Voorwerpen die bij een bepaalde
       toon meetrillen.

17.  hoger

18. a. gillen, brullen, schreeuwen,
            krijsen, bulderen
        b. fluisteren, piepen, brommen
        c. gillen, krijsen, piepen
        d. brullen, bulderen, brommen
19. a. De radio trilt, de kopjes 
           resoneren mee.
       b. De banden van de auto trillen,
            het stuur resoneert mee.
       c. De soldaten zorgen voor de
            trilling, de brug resoneert mee.

20. Via de botten in je hoofd

21. a 1 = C, 2 = A, 3 = B


Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

22. De naald gaat te snel door de
       groeven. Daardoor gaat de trilling
       sneller en is het geluid dus hoger.

23. De naald begint aan de
       buitenkant, de rondjes worden
       steeds kleiner. Aan het begin is
       het stuk groef dus het langst.


24. Bijvoorbeeld:
        - Op een mp3-speler passen
           meer liedjes
        - Een mp3-speler is kleiner en
            lichter

Slide 14 - Diapositive

Wat weet je nu?

  • Wat is geluid?
  • Wat is resonantie?
  • Hoe werkt een grammofoonplaat?
  • Hoe kun je geluid digitaal bewaren?

Slide 15 - Diapositive