(foutieve) samentrekking

H1 grammatica + formuleren
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

H1 grammatica + formuleren

Slide 1 - Diapositive

Programma
- Samentrekking? (5 minuten)
- Instructie: wanneer gaat het fout? (10 minuten)
- Bespreken opdrachten (15 minuten)
- Vragen over de toets

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen

  • Je weet wat een samentrekking is;
  • Je kunt de 3 regels opnoemen voor de samentrekking;
  • Je kunt een foutieve samentrekking herkennen;
  • Je kunt een foutieve samentrekking verbeteren.

Slide 3 - Diapositive

Wat is een samentrekking?
Bij een samentrekking laat je een woord of een woordgroep die twee keer in de zin voorkomt, één keer weg.
Een samentrekking wordt daarom ook wel weglating genoemd.

Slide 4 - Diapositive

Samentrekking
  • Komt voor bij samengestelde nevenschikkende zinnen
    (en, of, maar, want, dus)

Cato ging naar de stad en Cato kocht twee paar schoenen.

Cato ging naar de stad en kocht twee paar schoenen.
Weggelaten: Cato

Slide 5 - Diapositive

Foutieve samentrekking: 3 voorwaarden
1.  Dezelfde grammaticale functie: onderwerp, LV, MV etc.

De spelcomputer was afgeprijsd en heb ik toen gekocht.

Eerste deel: spelcomputer = onderwerp
Tweede deel: spelcomputer = lijdend voorwerp     -> dus: foutieve samentrekking!
Verbetering: De spelcomputer was afgeprijsd en die heb ik toen gekocht.

Slide 6 - Diapositive

Foutieve samentrekking
1. Dezelfde functie: dezelfde woordsoort (bv. kww / hww / bw etc.)

Dirk heeft griep en daardoor het schoolfeest gemist.
Weggelaten: Dirk, heeft

Eerste deel: Dirk = znw / heeft = zww
Tweede deel: Dirk = znw  / heeft = hww  -> dus: foutieve samentrekking!
Verbetering: Dirk heeft griep en heeft daardoor het schoolfeest gemist.

Slide 7 - Diapositive

Foutieve samentrekking
2. Dezelfde betekenis hebben.
Mijn grootmoeder schonk thee in en daarna aandacht aan ons cadeau.
Weggelaten: mijn grootmoeder, schonk
Mijn grootmoeder-> dezelfde betekenis, mag je weglaten in het tweede deel.
schonk -> NIET dezelfde betekenis (inschenken, aandacht schenken)-> foutieve samentrekking!
Verbetering: Mijn grootmoederschonk thee in en schonk daarna aandacht aan ons cadeau.

Slide 8 - Diapositive

Foutieve samentrekking
3. Hetzelfde getal hebben.
Zoë is goed in Frans en Ariadne en Lola  in Grieks
Wat is weggelaten? : is goed of zijn goed??
Verschil in getal

Verbetering: Zoë is goed in Frans en Ariadne en Lola zijn goed in Grieks

Slide 9 - Diapositive

Marnix steekt de straat over en een sigaret aan.
A
Goede samentrekking
B
Foutieve samentrekking

Slide 10 - Quiz

De Eerste Kamer heeft de wet aangenomen en geldt vanaf 1 januari.
A
Goede samentrekking
B
Foutieve samentrekking

Slide 11 - Quiz

De cadeautjes stonden onder de trap en werden later uitgepakt.
A
Goede samentrekking
B
Foutieve samentrekking

Slide 12 - Quiz

Zijn broek kostte tachtig euro, maar vind ik niet mooi.'
A
Goede samentrekking
B
Foutieve samentrekking

Slide 13 - Quiz

Lesdoelen
  • Je weet wat een samentrekking is;
  • Je kunt de 3 regels opnoemen voor de samentrekking;
  • Je kunt een foutieve samentrekking herkennen;
  • Je kunt een foutieve samentrekking verbeteren.

Slide 14 - Diapositive