Saar NT2 - Voorzetsels van tijd

       Wat gaan we vandaag doen?
- Huiswerk: woorden van vorige week herhalen
- Grammatica: voorzetsels van tijd
- Oefenen met LessonUp
Pauze
- Zelf werken en
 facturen DUO betalen
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2MBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

       Wat gaan we vandaag doen?
- Huiswerk: woorden van vorige week herhalen
- Grammatica: voorzetsels van tijd
- Oefenen met LessonUp
Pauze
- Zelf werken en
 facturen DUO betalen

Slide 1 - Diapositive

www.NT2TaalMenu.nl

Niveau A1 
Naar de oefeningen 
Je kan me wat 
Module 1 
Oefening 1


NIET op START NOW klikken. Dat is een advertentie!


Slide 2 - Diapositive

Filmpje 1

Slide 3 - Diapositive

LessonUp
Ga op je telefoon naar: 
lessonup.nl
typ de code in 

Slide 4 - Diapositive

Let op: 
NIET op het kruisje X drukken. 

Slide 5 - Diapositive

Voorzetsels van plaats:
weet je ze nog?

Slide 6 - Carte mentale

Filmpje 2
Schrijf op welke voorzetsels van 
je hoort. 
tijd

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Welke voorzetsels van
tijd heb je gehoord?

Slide 9 - Carte mentale

Voorzetsels van tijd 
in :            In het weekend kijkt Yusuf veel televisie.
na:            Na de les, om 12.00 uur, ga ik boodschappen doen. 
om:           De les begint om 9 uur.
over:        Over 3 weken begint de lente.
rond:        Rond 18.00 uur gaan we eten. 
 sinds:      Sinds 3 jaar woont Luis in Nederland.
tijdens:    Tijdens de les mag je niet roken. 

Slide 10 - Diapositive

meer voorzetsels van tijd
op:                  Ik heb les op maandag en op donderdag.
van ... tot:      De les is van 9.00 uur tot 12.00 uur. 
vanaf:               Vanaf 1 juli ben ik op vakantie.
voor:                  Voor de les begint, kun je even koffie drinken. 

Slide 11 - Diapositive

TaalCompleet
Pak je boek.
Ga naar bladzijde 253.
Opdracht 70 
Luister naar de computer.
Vul de voorzetsels in. 

Slide 12 - Diapositive

... drie jaar woont Daan in Rotterdam.
A
Sinds
B
Op
C
Voor
D
Tijdens

Slide 13 - Quiz

Iedere werkdag begint hij ..... 8.00 uur.
A
om
B
op
C
na
D
tijdens

Slide 14 - Quiz

De afspraak is van 8.00 uur..... 8.30 uur.
A
over
B
tot
C
voor
D
na

Slide 15 - Quiz

.... de afspraak gaat Daan naar de supermarkt.
A
Over
B
Om
C
Rond
D
Na

Slide 16 - Quiz

.... 18.00 uur gaat Daan eten.
A
Rond
B
Op
C
Voor
D
In

Slide 17 - Quiz

.... een week heeft Daan vakantie.
A
Over
B
Voor
C
Tot
D
Om

Slide 18 - Quiz

Vraag 1

In welk jaar ben je geboren? 

Ik ben geboren .......   

Slide 19 - Diapositive

Vraag 2 

Hoe laat sta jij op? 

Ik sta op........ 

Slide 20 - Diapositive

Vraag 3 

Sinds wanneer woon jij in Nederland? 

Ik woon ....... 

Slide 21 - Diapositive

Vraag 4 

Wanneer doe je boodschappen? 

Ik doe boodschappen ...

Slide 22 - Diapositive

Vraag 5 

Wanneer is de les Nederlands? 

De les Nederlands is ......

Slide 23 - Diapositive

Vraag 6

Wanneer ga je sporten? 

Ik ga sporten .....

Slide 24 - Diapositive

Vraag 7

Hoe laat begint de les op donderdag? 

De les begint...... ...........

Slide 25 - Diapositive

Vraag 9 

Wanneer ben je jarig? 

Ik ben jarig ..............

Slide 26 - Diapositive

Wat heb je geleerd over voorzetsels van tijd?

Slide 27 - Question ouverte

Vonden jullie dit leuk om te doen?

Slide 28 - Question ouverte

Einde

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive