2M1 meewerkend voorwerp 200519

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

20 mei 2019

• uitleg meewerkend voorwerp
• oefenen meewerkend voorwerp
• uitleg bijwoordelijke bepaling
• oefenen bijwoordelijke bepaling
• voorlezen

stappenplan ontleden

1. Zoek de persoonsvorm (pv)
2. Verdeel de zin in zinsdelen
3. Zoek het onderwerp (ow)
4. Benoem het werkwoordelijk gezegde (wg)
5. Zoek het lijdend voorwerp (lv)
6. Zoek het meewerkend voorwerp (mv)
7. Zoek de bijwoordelijke bepaling (bwb)

vraag meewerkend voorwerp

Welke vraag moet je stellen om het mv te kunnen vinden?

vraag meewerkend voorwerp

Aan / Voor wie + wg + ow + lv?

antwoord = mv

voorbeeld 1

Ik geef mijn neefje een autootje voor zijn verjaardag.

1. pv = geef
2. zinsdelen = ik / geef /  mijn neefje / een autootje /  voor zijn verjaardag
3. wg = geef
4. ow = ik
5. lv = een autootje
6. mv = mijn neefje
7. bwb = voor zijn verjaardag

voorbeeld 2

Cas schenkt voor mij een kopje koffie in.

1. pv = schenkt
2. zinsdelen = Cas / schenkt / voor mij /  een kopje koffie / in
3. wg = schenkt ... in
4. ow = Cas
5. lv = een kopje koffie
6. mv = voor mij
7. bwb =  ---

oefenen

Maak opdr. 1 op blz. 188

zelfstandig

in stilte 

zonder oortjes

vragen stel je aan mij

oefenen

• bespreken opdr. 1 blz. 188
• maken opdr. 2 blz. 188
• bespreken opdr. 2 blz. 188
• maken opdr. 3 blz. 188
• bespreken opdr. 3 blz. 188

bijwoordelijke bepaling - bwb

• Een bwb geeft antwoord op vragen als:
• Waar? Waarheen? Waarover? Waarom? Waardoor? Waarvandaan? Wanneer? Hoe? Met wie? Bij wie?
• Dit soort woorden zijn zelf ook bwb's
• Niet alle bwb's geven antwoord op een vraag: woorden als wel, niet, vermoedelijk, natuurlijk en misschien zijn ook bwb.
• Bwb = 'prullenbak' van het ontleden in zinsdelen

oefenen bwb

maken + bespreken opdr. 4 blz. 189

huiswerk di. 21/5

bestuderen groene tekst +

afmaken opdr. 2 t/m 5 blz. 188-189

Made by Indira

door 

Caja Cazemier & Martine Letterie

VOORLEZEN