Communicatie: Motiverende gespreksvoering BG

 Motiverende gespreksvoering 
Communicatie 
periode 2.4




Docent: Roos Stroeve
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

 Motiverende gespreksvoering 
Communicatie 
periode 2.4




Docent: Roos Stroeve

Slide 1 - Diapositive

Lesplanning periode 4
  • Les 1: theorie motiverende gespreksvoering
  • Les 2: theorie motiverende gespreksvoering
  • Les 3: motiverend gesprek trainingsacteur
  • Les 4: motiverend gesprek trainingsacteur
  • Les 5: motiverend gesprek trainingsacteur
  • Les 6: motiverend gesprek trainingsacteur

Slide 2 - Diapositive

Casus
Je krijgt een casus uitgedeeld. Deze casus ga je tijdens jouw gesprek met de trainingsacteur spelen. Tijdens de komende twee lessen ga je dit voorbereiden. Zorg dus dat je jouw casus bij de hand hebt!
Benodigdheden komende lessen:
- Pen
- Papier
- Laptop
- Licentie Thiemen Meulenhoff
- Jouw casus!

Slide 3 - Diapositive

Methodiek en gedragsbevordering
Module 5: gezondheid en gedragsbevordering
Hoofdstuk 1: Gedragsverandering

Slide 4 - Diapositive

Gedragsverandering 
Gedragsverandering gaat over het veranderen van gedrag dat je kunt zien of merken. Gedragsverandering is vooral doen. Niet begrijpen dat het anders moet of weten hoe het anders kan, maar het echt anders gaan doen. Gedragsverandering richt zich voornamelijk op gewoontegedrag. Maar juist gewoontegedrag is het moeilijkst aan te passen.

Slide 5 - Diapositive

In welke situatie zou gedragsverandering nodig zijn?

Slide 6 - Carte mentale

Gewoontegedrag
Schrijf op wat het gewoontegedrag is van jouw casus

Slide 7 - Diapositive

Wat is nodig voor gedragsverandering?
-Heeft de cliënt een steunende omgeving? Zo nee, hoe kun je deze creëren?
- Is de cliënt gemotiveerd om het gewenste gedrag te vertonen? Zo nee, hoe kun je dit stimuleren?
- Heeft de cliënt voldoende vaardigheden om het nieuwe gedrag in te zetten? Zo nee, welke vaardigheden moet de cliënt nog aanleren?
- Is de cliënt fysiek en psychisch in staat om de gedragsverandering door te voeren? Zo nee, zorg voor stabilisatie en versterking op dit vlak.

Hoe zit bovenstaand bij jouw casus? Welke vragen roept het op? Noteer deze!

Slide 8 - Diapositive

Inzicht in eigen gedrag, en dat van de ander
DISC- model helpt je bij: 
  • Het helpt je communicatie te verbeteren.
  • Het geeft inzicht in je eigen gedrag.
  • Het helpt bij het oplossen of voorkomen van conflicten.
  • Het geeft inzicht in de (soms verborgen) talenten van cliënten.

Slide 9 - Diapositive

Het DISC-model geeft jou inzicht in het gedrag 
van jouw cliënt.

In welke kleur herken jij de cliënt van jouw casus?
En hoe zou jij de cliënt begeleiden hierin? Schrijf dit
op. 

Slide 10 - Diapositive

Wat is het verschil tussen intrinsieke en extrinsieke motivatie?

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Diapositive

Methodiek en gedragsbevordering
Module 5: Gezondheid en Gedragsverandering
Hoofdstuk 2: Technieken voor gedragsverandering

Slide 13 - Diapositive

Aan de slag met gedragsverandering
Bepaal als eerst welk gedrag de cliënt wil veranderen. Je kunt het gedrag dat de cliënt wil veranderen visualiseren. Je maakt dan een plaatje van de gewenste situatie.

Schrijf op; welke vragen zou je kunnen stellen aan de cliënt van jouw casus, om het veranderende gedrag te visualiseren. 

Slide 14 - Diapositive

Wat is het verschil tussen selectief en niet- selectief luisteren?

Slide 15 - Question ouverte

Hoe kan je laten zien dat je actief luistert naar de cliënt?

Slide 16 - Carte mentale

Concretiseren
Met concretiseren help je de cliënt om concrete voorbeelden te noemen bij zijn gevoelens, ervaringen en/of gedrag. Een cliënt met een psychiatrische stoornis wordt soms overspoeld door zijn gevoelens, angsten en gedachten. Soms kan hij niet onder woorden brengen wat hem bezighoudt en waarom. Het kan dan helpen als hij zijn problemen beschrijft in een concrete situatie. De concrete situatie kan de ervaring verlevendigen, waardoor de cliënt inzicht krijgt in zijn handelen. Dit kan een ingang zijn tot ander gedrag.

Welke vraag kan jij stellen aan de cliënt van jouw casus om te concretiseren? 

Slide 17 - Diapositive

Feedback
Door het geven van feedback geef je de cliënt informatie over zijn huidige gedrag. Dit opent het gesprek omtrent gedragsverandering.

Slide 18 - Diapositive

Cliënt Julia is druk bezig met alles om haar heen, terwijl jij met haar in gesprek wil over haar gedrag. Ze kijkt je niet aan en is dromerig. Hoe kan jij haar feedback geven volgens de feedbackregels?

Slide 19 - Question ouverte

De ladder van Tiggelaar

Slide 20 - Diapositive