Herhaling FWB

• Belastingrecht
• HBO
• Studiejaar 1

Welke van de volgende verzekeringen maakt deel uit van de volksverzekeringen?

1. ZW
2. AOW
3. WW

Wie zorgt voor het innen van de premie volksverzekeringen en de premies werknemersverzekeringen?

1. Zij worden beide geïnd door de Belastingdienst.
2. Zij worden beide geïnd door de uitvoeringsorganen.
3. De premie volksverzekeringen wordt geïnd door de Belastingdienst en de premies werknemersverzekeringen worden geïnd door de uitvoeringsorganen.
4. De premie volksverzekeringen wordt geïnd door de uitvoeringsorganen en de premies werknemersverzekeringen worden geïnd door de Belastingdienst.

Het belastingrecht maakt deel uit van het:

1. Strafrecht
2. Privaatrecht
3. Publiekrecht
4. Staatsrecht

Welke van de volgende belastingen is geen tijdvakbelasting?

1. Loonbelasting
2. Inkomstenbelasting
3. Vennootschapsbelasting
4. Overdrachtsbelasting

Wat is het grootste verschil tussen een aanslag- en een aangiftebelasting?

1. Bij een aanslagbelasting hoeft geen aangifte te worden gedaan
2. De verschuldigde belasting wordt bij de aanslagbelasting bepaald door de inspecteur en wordt daardoor op een verschillend moment betaald
3. Een aanslagbelasting wordt opgelegd door de lagere overheden en een aangiftebelasting door de centrale overheid
4. Bij een aangiftebelasting wordt geen aanslag opgelegd

Het profijtbeginsel komt in het belastingrecht tot uiting door...

1. de oplopende tarieven binnen een belastingwet
2. de aflopende tarieven binnen een belastingwet
3. de aflopende tarieven binnen een belastingwet
4. komt niet tot uiting in de belastingtarieven in een belastingwet

Welk beginsel ligt ten grondslag aan de belastingheffing over een nalatenschap (erfbelasting)?

1. Draagkracht
2. Profijt
3. Minste pijn
4. Bevoorrechte verkrijging

De algemene beginselen van behoorlijk bestuur zijn …

1. vastgelegd in de materiële belastingwetten
2. vastgelegd in de formele belastingwetten
3. in de rechtspraak ontwikkeld en soms vastgelegd in de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
4. tot stand gekomen in het kader van de Europese Unie

Als je het niet eens bent met een opgelegde aanslag, moet je…

1. Bezwaar maken bij de Belastingdienst
2. Bezwaar maken bij de Rechtbank
3. Beroep aantekenen bij het gerechtshof
4. In cassatie gaan bij de Hoge Raad

Welke bewering met betrekking tot de IB is onjuist?

1. Alleen mensen die in Nederland wonen, zijn belastingplichtig.
2. Mensen die in Nederland wonen, zijn belastingplichtig voor hun wereldinkomen.
3. Voor de belastingplicht speelt de nationaliteit geen rol.
4. Of iemand in Nederland woont, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.

Welke bewering is juist? De subjectieve binnenlandse belastingplicht voor de inkomstenbelasting ontstaat door:

1. het verkrijgen van de Nederlandse nationaliteit.
2. het gaan genieten van inkomen in Nederland.
3. het gaan wonen in Nederland of geboorte in Nederland.
4. geboorte in Nederland en het gaan genieten van inkomen dat meer bedraagt dan de algemene heffingskorting.

Maaike (15 jaar) woont in Harkstede en zit op de middelbare school in Groningen. Iedere zaterdag helpt zij de visboer die bij de plaatselijke supermarkt staat. Op Maaikes beloning wordt loonbelasting ingehouden.

Is Maaike belastingplichtig voor de inkomstenbelasting?

1. Maaike is niet belastingplichtig, omdat er loonbelasting wordt ingehouden.
2. Maaike is niet belastingplichtig, omdat haar beloning bij haar ouders wordt belast.
3. Maaike is wel belastingplichtig, omdat zij inkomen geniet.
4. Maaike is wel belastingplichtig, omdat zij in Nederland woont.

Jos belegt in aandelen. Deze aandelen maken deel uit van de rendementsgrondslag van box 3. De over box 3 verschuldigde belasting bedraagt (stel) € 250. Op de aandelen wordt € 300 aan dividendbelasting ingehouden.
Jos heeft ook een eigen zaak. Dit jaar draait Jos een matig jaar. De over box 1 verschuldigde belasting bedraagt (stel) € 6.000.

Hoeveel bedraagt per saldo de aanslag inkomstenbelasting? geen rekening houden met heffingskortingen.

1. 6.550
2. 6.250
3. 6.000
4. 5.950

Wat wordt in de Wet IB verstaan onder het verzamelinkomen van een belastingplichtige?

1. Het totaal van de inkomsten in box 1, 2 en 3.
2. Het totaal van de inkomsten uit dienstbetrekking.
3. Het totaal van het inkomen uit werk en woning.
4. Het totaal van de belaste inkomsten van Paul en zijn fiscale partner.

Christien, 35 jaar oud, is alleenstaand en zorgt voor haar kinderen van 3 en 5 jaar oud. Haar belastbare loon in 2022 bedraagt € 50.000.

Op welke heffingskortingen heeft Christien recht?

1. De algemene heffingskorting en de arbeidskorting.
2. De algemene heffingskorting, de arbeidskorting, de inkomensafhankelijke combinatiekorting
3. De algemene heffingskorting, de arbeidskorting, de ouderenkorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting.

Marjolein en Dik zijn al jaren getrouwd. Marjolein geniet € 20.000 aan belastbaar loon en Dik € 35.000. Hun gemeenschappelijke woning levert een negatief bedrag aan belastbare inkomsten op van € 4.500. Dik heeft een inkomen uit sparen en beleggen van € 2.000. Marjolein ontvangt € 1.000 aan belastbare inkomsten uit aanmerkelijk belang.
In hoeverre mogen Marjolein en Dik hun inkomens naar elkaar overhevelen?

1. Omdat ze getrouwd zijn, mogen ze geen inkomsten naar elkaar overhevelen.
2. Ze mogen met betrekking tot alle genoemde inkomsten kiezen aan wie ze deze willen toerekenen.
3. Behalve hun belastbare lonen mogen ze alle genoemde bedragen aan elkaar toerekenen in de verhouding die ze zelf kiezen.
4. Behalve hun belastbare lonen en gespaard vermogen mogen ze kiezen aan wie ze de (volledige) andere bedragen toerekenen.

Welke van onderstaande tweetallen kunnen géén fiscaal partnerschap aangaan?

1. Alleenstaande moeder Gerda (41 jaar) deelt haar huishouding met haar zoon Robin (19 jaar).
2. Studenten Marvin en Djimon huren samen een woning en voeren gezamenlijk een huishouding.
3. Ken en Helga zijn een geregistreerd partnerschap aangegaan.

Een stratenmaker neemt ontslag bij zijn werkgever en schrijft zich in bij de Kamer van Koophandel als zelfstandig stratenmaker. Hij gaat vervolgens uitsluitend werken voor zijn voormalige werkgever. Wordt hij fiscaal aangemerkt als ondernemer?

1. Ja, want hij is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel.
2. Ja, want hij is met zijn privévermogen aansprakelijk voor alle schulden die hij in het kader van zijn onderneming maakt.
3. Nee, want hij loopt geen enkel debiteurenrisico.
4. Nee, want hij is feitelijk niet zelfstandig.

Een fanatiek belegger houdt zich intensief bezig met het beleggen van zijn vermogen in aandelen. Hij koopt en verkoopt bijna dagelijks. Hij maakt hierbij aanzienlijke vermogenswinsten. Kunnen deze worden belast als winst uit onderneming?

1. Ja, want er wordt voldaan aan de eis van een duurzame organisatie van kapitaal en arbeid, waarmee wordt deelgenomen aan het economische verkeer met doel winst te behalen.
2. Nee, want hij belegt alleen voor zichzelf.
3. Nee, er is geen sprake van een onderneming in de zin van de Wet IB, maar van vermogensbeheer.
4. Nee, want hij neemt niet deel aan het economische verkeer.

Wat is juist? Een ondernemer moet aan het urencriterium voldoen om in aanmerking te komen voor. Meerdere antwoorden zijn mogelijk

1. Meewerkaftrek
2. oudedagsreserve
3. kleinschaligheidsaftrek
4. zelfstandigenaftrek

Een ondernemer koopt een opslagloods die hij binnen zijn onderneming gaat gebruiken. Hij wil deze als privévermogen aanmerken omdat hij verwacht de loods over een paar jaar met een dikke winst te kunnen verkopen. Bij de loods hoort ook een woning. Deze gaat hij verhuren aan zijn dochter. Deze heeft verder niets met de onderneming te maken. Dit huis wil hij ook als privévermogen aanmerken.
In hoeverre is dit alles te realiseren?

1. De loods en de woning behoren verplicht tot het bedrijfsvermogen
2. De loods en de woning behoren verplicht tot het privévermogen
3. De loods is verplicht bedrijfsvermogen maar de woning is verplicht privévermogen

Wat is juist omtrent de afschrijving van een bedrijfsmiddel?

1. Op een roerende zaak mag jaarlijks maximaal 20% van de aanschafwaarde worden afgeschreven.
2. Een pand mag worden afgewaardeerd tot de bedrijfswaarde, ook als deze lager ligt dan de bodemwaarde.
3. Goodwill mag in 5 jaar worden afgeschreven.
4. De bodemwaarde van een pand in eigen gebruik is 20% van de aanschafwaarde.

Louis heeft eigen bedrijf. Welke van de volgende onttrekkingen leidt tot een bijtelling bij de winst tegen inkoopprijs?

1. De schriften die zijn kinderen gebruiken voor school..
2. Het privégebruik van de auto van de zaak.

Een warenhuis verkoopt een zeer diverse productenrange met grote prijsverschillen.
Welke van de volgende voorraadwaarderingsstelsels is toepasbaar en verenigbaar met het begrip goed koopmansgebruik?

1. LIFO
2. FIFO
3. Waardering tegen kostprijs of lagere marktwaarde.

Ondernemer Gerbrand koopt voor € 100.000 een loods (op een bedrijventerrein) die hij aan een derde gaat verhuren. De verhuur vindt plaats binnen het kader van de onderneming en het pand behoort tot het ondernemingsvermogen. De WOZ-waarde bedraagt € 90.000.
Wat is juist?

1. Gerbrand mag willekeurig op de loods afschrijven als de huurder een startende ondernemer is.
2. Gerbrand mag conform goed koopmansgebruik op de loods afschrijven tot de restwaarde is bereikt.
3. Gerbrand mag conform goed koopmansgebruik op de loods afschrijven tot de WOZ-waarde is bereikt.
4. Gerbrand mag conform goed koopmansgebruik op de loods afschrijven tot 50% van de WOZ-waarde is bereikt.

Kees, enig aandeelhouder van Kees BV. Kees woont in Meppel. De feitelijke leiding van het bedrijf wordt uitgeoefend in Zwolle. Wat is de feitelijke vestigingsplaats van het bedrijf?

1. Het land van oprichting dus Nederland
2. Zwolle
3. Meppel

Wat wordt verstaan onder het belastbare bedrag?

1. Dit is de fiscale winst, verminderd met de aftrekbare giften.
2. Dit is de belastbare winst, verminderd met de aftrekbare giften.
3. Dit is de fiscale winst, verminderd met de te verrekenen verliezen.
4. Dit is de belastbare winst, verminderd met de te verrekenen verliezen.

In hoeverre wordt bij het bepalen van de fiscale winst rekening gehouden met giften?

1. Giften komen in aftrek volgens toepassing van art. 16 Wet Vpb.
2. Giften komen nooit in aftrek.
3. Giften komen altijd in aftrek.
4. Giften worden gezien als onttrekkingen.

Raap 57 jaar, heeft een akkerbouwbedrijf. Hij overweegt om zijn bedrijf te verkopen aan een collega-akkerbouwer. De balans van de eenmanszaak luidt op dat moment (in €):
De geschatte verkoopprijzen van zijn bedrijfsmiddelen zijn:
Gebouwen € 210.000, Machines € 20.000
Bereken de stakingswinst

1. 195.000
2. 165.000
3. 135.000

Boekwinst landbouwgrond onbelast, art. 3.12 Wet IB

Boekwinst gebouw: € 210.000 –/– € 80.000 = € 130.000

Boekwinst machines: € 20.000 –/– € 15.000 = € 5.000

Vrijval herinvesteringsreserve € 30.000

Vrijval oudedagsreserve € 30.000 +

            € 60.000

Stakingswinst € 195.000

Robert heeft een kapperszaak, hij is ondernemer. Hij werkt in totaal 1.400 uur per jaar in deze zaak. Hij is ook nog in loondienst werkzaam bij zijn vader. Daar werkt hij 1.200 uur per jaar.
Voldoet Robert aan de eisen voor het urencriterium?

1. Ja hij voldoet aan 1225 uur en grotendeelsvereiste
2. Nee hij voldoet niet

Tot wanneer kan een navorderingsaanslag inkomstenbelasting over het jaar 2017, waarbij voor het indienen van de aangifte 3 maanden uitstel is verleend, uiterlijk opgelegd worden?

1. 31 maart 2023
2. 30 juni 2023
3. 31 december 2022
4. 31 maart 2021

Bij bouwbedrijf Nijs bv wordt na een inval een dubbele boekhouding gevonden. De omzetten van de afgelopen 4 jaren zijn in werkelijkheid veel hoger geweest. Dit betekent dat de winsten in de aangiften vennootschapsbelasting veel te laag zijn aangegeven. Wat zijn de mogelijkheden voor de fiscus?

1. De fiscus kan navorderingsaanslagen opleggen met boeten.
2. De fiscus kan naheffingsaanslagen opleggen met boeten.
3. De fiscus kan alleen vergrijpboeten opleggen.
4. De fiscus kan alleen navorderingsaanslagen opleggen.

De inspecteur vraagt aan de buurman van Piet Keizer om gegevens over Piet. Piet is vrachtwagenchauffeur en in loondienst bij Bedrijf de Nijs. Aan de buurman wordt gevraagd of hij weet dat Piet al vanaf vorig jaar in zijn vrije tijd (in de weekenden) ook vrachtjes rijdt en dat zwart laat uitbetalen.
Wat is juist?

1. De buurman hoeft geen gegevens te verstrekken omdat hij geen administratieplichtige is.
2. De buurman moet de gegevens over Piet verstrekken omdat hij onder art. 53 AWR valt.
3. De buurman heeft een verschoningsrecht.
4. De buurman hoeft de gegevens niet te verstrekken omdat het ook over vorig jaar gaat.

Bij welke belasting kan er sprake zijn van een naheffingsaanslag?

1. Vennootschapsbelasting
2. Inkomstenbelasting
3. Loonbelasting

Bij welke belasting kan er sprake zijn van een navorderingsaanslag

1. Inkomstenbelasting
2. Omzetbelasting
3. Loonbelasting