3 Sociale verhouding in Nederland

Wanneer mag in je opstand komen?
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 75 min

Éléments de cette leçon

Wanneer mag in je opstand komen?

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Programma
Verhaal van Nederland
Sociale Kwestie
Lessonup
Aan de slag 
Terugblik: Lessonup

Slide 3 - Diapositive

Leg uit waarom deze afbeelding bij de industriële revolutie past (leg ook het begrip industriële revolutie uit).

Slide 4 - Question ouverte

Hoe waren de leef- en werkomstandigheden van de bevolking in de steden?

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Lien

Hoe waren de leef- en werkomstandigheden van de bevolking in de steden?

Slide 7 - Diapositive

Arbeids-
omstandig-
heden
Beide
Woon-
omstandig-
heden
Geen riolering
Lage lonen
Ziektes
Geen water
Kleine ruimtes
Ongezond
Gevaarlijke machines
Lange werkdagen

Slide 8 - Question de remorquage

Successen voor de arbeiders en crisis. 

Slide 9 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe de sociale verhoudingen in Nederland tijdens de Industriële Revolutie waren.
  • Je kunt uitleggen hoe de sociale verhoudingen in Nederland door de Industriële Revolutie veranderden.

Slide 10 - Diapositive

Wat konden arbeiders doen om hun situatie te verbeteren?

Slide 11 - Carte mentale

Socialisme.
A
Opkomen voor zwakkeren in de samenleving.
B
Zo min mogelijk overheidsbemoeienis.
C
Arbeiders.
D
Vrijheid is belangrijker dan gelijkheid.

Slide 12 - Quiz

Wat houdt de Sociale Kwestie in?
A
Omstandigheden arbeiders verbeteren
B
Verslechtering arbeidsomstandigh.
C
Strijd communisme en sociaaldemocraten
D
Verslechtering woonomstandigheden

Slide 13 - Quiz

  • Onderhandelde namens een grote groep arbeiders en kon oproepen tot staken.
Vakbonden

Slide 14 - Diapositive

Censuskiesrecht
(1848)
  • Stemrecht voor mannen boven de 25 jaar die een bepaald percentage aan belasting betaalden.
  • (Ongeveer 11% van de bevolking.)

Slide 15 - Diapositive

Wat is censuskiesrecht?
A
Stemrecht voor mannen
B
Stemrecht voor mensen die % belasting betalen
C
Stemrecht voor liberalen
D
Stemrecht voor mensen van 18 jaar en ouder

Slide 16 - Quiz

Door wetgeving / het parlement sociale wetten en voorzieningen maken.  
Sociaaldemocraten
Sociaal 
Democratische
Arbeiders
Partij
PJ Troelstra

Slide 17 - Diapositive

Wilden door revolutie de ideale arbeiderssamenleving invoeren. 
Communisme
K Marx

Slide 18 - Diapositive

Wie moet zorgen/betalen voor betere arbeids- en woonomstandigheden? 
Sociale Kwestie
Sociale Wetten
  • Armenwet (1854)
  • Kinderwetje van Van Houten (1874)
  • Leerplichtwet (1901)
  • Woningwet (1901)
  • Ongevallenwet (1901)
  • Arbeidswet (1919)

Slide 19 - Diapositive

Collectieve Arbeids Overeenkomst
CAO

Slide 20 - Diapositive

Het doel van een CAO is...
A
Woonomstandigh. verbeteren van arbeiders
B
Sociale wetten maken voor de arbeiders
C
Arbeidsomstandigheden verbeteren
D
Alle arbeiders helpen aan meer salaris

Slide 21 - Quiz

  • Eerste Wereldoorlog (1914-1918)
  • Nederland neutraal
  • Weinig handel (mede door handelsblokkade én duikbotenoorlog)
  • Schaarste aan producten 
Distributiestelsel

Slide 22 - Diapositive

Wat is géén gevolg voor Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog?
A
Weinig handel
B
Doden op zee
C
Schaarste
D
Betrokken in oorlog

Slide 23 - Quiz

  • Interbellum (1918-1939)
  • Beurskrach (1929)
  • Hendrik Colijn
  • Uitgaven aanpassen aan de inkomsten > geen verlies
Aanpassingspolitiek

Slide 24 - Diapositive

Aan de slag
  • Nakijken 1.2 (zie nakijkboek studiewijzer)
  • 1.3 Sociale verhoudingen in Nederland
  • Leerboek: Lezen blz. 38 t/m 43
  • Werkboek:  Maken opdracht: 2, 4, 7, 10, 12, 13, 14, 18 en 19.
  • Rustig overleggen binnen je groepje.
  • Klaar? Maak opdracht 21


timer
20:00

Slide 25 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe de sociale verhoudingen in Nederland tijdens de Industriële Revolutie waren.
  • Je kunt uitleggen hoe de sociale verhoudingen in Nederland door de Industriële Revolutie veranderden.

Slide 26 - Diapositive

Op welke twee manieren werden de omstandigheden voor arbeiders verbeterd tijdens de Industriële Revolutie? Leg je antwoord uit.

Slide 27 - Question ouverte

Wat was positiever voor de arbeiders: het distributiestelsel of de aanpassingspolitiek? Leg je antwoord uit.

Slide 28 - Question ouverte

Einde en extra materiaal

Slide 29 - Diapositive

Wat was het plan van Colijn om te voorkomen dat Nederland in de schulden zou komen?
A
Distributiestelsel
B
Aanpassingspolitiek
C
CAO's
D
Neutraal blijven

Slide 30 - Quiz

Wat was het doel van een vakbond?
A
Stakingen organiseren
B
Arbeidsomstandigh. verbeteren
C
Sociale wetten maken
D
Werkgevers verdedigen

Slide 31 - Quiz

Sociaal-democraten
Beide
Communisme
Marx
Opkomen voor arbeiders
Gelijkheid boven vrijheid
Revolutie
Sociale wetten
Parlement

Slide 32 - Question de remorquage

Welke sociale wet veranderde écht iets aan de kinderarbeid?
A
Armenwet
B
Kinderwetje van Van Houten
C
Leerplichtwet
D
Ongevallenwet

Slide 33 - Quiz

De Eerste Wereldoorlog was van...
A
1914-1918
B
1915-1919
C
1914-1919
D
1915-1919

Slide 34 - Quiz

Wat is géén gevolg voor Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog?
A
Weinig handel
B
Doden op zee
C
Schaarste
D
Betrokken in oorlog

Slide 35 - Quiz

Wat was de oplossing van Nederland voor de schaarste aan goederen en producten?
A
Aanpassingspolitiek
B
Distributiestelsel
C
Voedselbonnen
D
Neutraal blijven

Slide 36 - Quiz

De Beurskrach was in...
A
1917
B
1919
C
1929
D
1939

Slide 37 - Quiz

Een direct gevolg van de Beurskrach was...?
A
werkloosheid
B
de aanpassingspolitiek
C
Hitler aan de macht
D
de Tweede Wereldoorlog

Slide 38 - Quiz