Grammaire 2: passé composé (met être)

1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 150 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Ik kan in het Frans over activiteiten uit het verleden vertellen.

Ik weet wanneer ik de passé composé met être moet toepassen.

Ik kan de passé composé met être toepassen in het Frans.

Slide 2 - Diapositive

Aujourd'hui: mardi 20 janvier 2025
  • Nous avons une explication.
  • Nous faisons exercice 16.
  • Nous parlons du weekend

Slide 3 - Diapositive

In het Nederlands: hebben en zijn?
Ik heb gegeten, maar ik ben geweest....
2 hulpwerkwoorden

in het Frans hebben we een regel....
Zit het in het huisje van être -> être
Huis van être zie volgende slide

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Aantekening: Maar ......... een accord?
Als ik être gebruik, moet ik een accord toevoegen aan het voltooid deelwoord.
Il est allé, maar elle est allée

Mannelijk enkelvoud: volt. dw + niks
Vrouwelijk enkelvoud: volt. dw + e
Mannelijk meervoud: volt. dw + s
Vrouwelijk meervoud: volt. dw + es

Slide 6 - Diapositive

Quoi? Maak opdr. 16a t/m e
Comment? Boek blz 24
Aide? Schrift
Durée? tot 13:15
Fini? Woordjes leren

.
L'objectif: Ik kan de passé composé met être toepassen in het Frans.

Slide 7 - Diapositive

Quoi? Maak 3 zinnen over het weekend
Comment? In je schrift
Aide? Schrift
Durée? 4 minuten


.
L'objectif: Ik kan over activiteiten uit het verleden praten in het Frans.

Slide 8 - Diapositive

Ik weet wanneer ik de passé composé met être moet toepassen.

Ik kan de passé composé toepassen in het Frans.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Ik kan in het Frans over activiteiten uit het verleden vertellen.

Ik weet wanneer ik de passé composé met être moet toepassen.

Ik kan de passé composé met être toepassen in het Frans.

Slide 11 - Diapositive

Aujourd'hui: vendredi 24 janvier 2025
  • Nous parlons en français.
  • Nous faisons exercice 16.
  • Nous jouons le jeu des mots

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Quoi? Maak opdr. 16
Comment? Laptop 1.5 Grammaire II
Aide? Schrift
Durée? tot 9:55
Fini? Menu au choix

.
L'objectif: Ik kan de passé composé met être toepassen in het Frans.

Slide 14 - Diapositive

Le jeu des mots

Bedenk zoveel mogelijk Franse woorden die te maken hebben met familie.
timer
2:00
L'objectif: Ik werk aan mijn woordenschat in het Frans door woorden op te zoeken in het woordenboek.

Slide 15 - Diapositive

Le jeu des mots

Bedenk zoveel mogelijk Franse woorden die te maken hebben met reizen.
timer
2:00
L'objectif: Ik werk aan mijn woordenschat in het Frans door woorden op te zoeken in het woordenboek.

Slide 16 - Diapositive

Le jeu des mots

Bedenk zoveel mogelijk Franse woorden die te maken hebben met eten.
timer
2:00
L'objectif: Ik werk aan mijn woordenschat in het Frans door woorden op te zoeken in het woordenboek.

Slide 17 - Diapositive