1.5 en 1.6 planten voortplanting

Doelen:
- Je kunt beschrijven hoe ongeslachtelijke en geslachtelijke voortplanting plaatsvindt en je kunt hiervan voorbeelden bij planten geven.

- Je kunt de delen van een bloem noemen met hun kenmerken en functies en je kunt omschrijven wat eenslachtige en tweeslachtige bloemen zijn.

1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Doelen:
- Je kunt beschrijven hoe ongeslachtelijke en geslachtelijke voortplanting plaatsvindt en je kunt hiervan voorbeelden bij planten geven.

- Je kunt de delen van een bloem noemen met hun kenmerken en functies en je kunt omschrijven wat eenslachtige en tweeslachtige bloemen zijn.

Slide 1 - Diapositive

Schrijf in je aantekeningenschrift

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Bouw van een bloem
Man = Meeldraad

Slide 6 - Diapositive

Een stamper heeft eicellen net als bij de mens

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Neem over in je aantekeningenschrift

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

--> 
--> 
--> 
--> 

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Herhaling vorige les

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Wordt door het verstoppen van de houtvaten het transport van water geremd? En wordt het transport van mineralen geremd?
A
Het transport van water en van mineralen wordt niet geremd.
B
Alleen het transport van water wordt geremd.
C
Alleen het transport van mineralen wordt geremd.
D
Zowel het transport van water als van mineralen wordt geremd.

Slide 21 - Quiz

Door gangen te boren in de stengel van een maïsplant verstoren de rupsen het vervoer van water, mineralen en suikers.
Verstoren de rupsen zo het vervoer in de bastvaten? En in de houtvaten?
A
alleen in de bastvaten
B
alleen in de houtvaten
C
in de bast en houtvaten
D
beide niet

Slide 22 - Quiz

De groene bessen van een aardappelplant hebben zich uit de stamper ontwikkeld.

Uit welk deel van de stamper groeit zo’n bes?
A
Stempel
B
Stijl
C
Vruchtbeginsel
D
Blad

Slide 23 - Quiz


Hoe heet nummer 2?
A
Stamper
B
Stempel
C
Stijl
D
Vruchtbeginsel

Slide 24 - Quiz

Een stuifmeelkorrel is:
A
een mannelijke voortplantingscel die gemaakt wordt in een meeldraad.
B
een mannelijke voortplantingscel die gemaakt wordt in een stamper.
C
een vrouwelijke voortplantingscel die gemaakt wordt in een meeldraad.
D
een vrouwelijke voortplantingscel die gemaakt wordt in een stamper.

Slide 25 - Quiz

De kamperfoelie heeft witte bloemen. Welk proces kan alleen optreden in de groene delen van de kamperfoelie, maar niet in de witte?

Slide 26 - Question ouverte


Hoe heet nummer 5?
A
Stamper
B
Stempel
C
Baarmoeder
D
Vruchtbeginsel

Slide 27 - Quiz

Hoe heet deel 2?
A
stempel
B
stijl
C
vruchtbeginsel
D
stamper

Slide 28 - Quiz

Waaruit bestaat de stamper?
A
vruchtbeginsel, helmknop en stijl
B
stijl, vruchtbeginsel en stuifmeel
C
stijl, vruchtbeginsel en kroonbladeren
D
vruchtbeginsel, stijl en stempel

Slide 29 - Quiz

Windbloemen maken veel stuifmeel dat erg licht is.
A
waar
B
niet waar

Slide 30 - Quiz

Wat krijgt dit
insect
op zijn lijf?
A
nectar
B
de stamper
C
meeldraden
D
stuifmeel

Slide 31 - Quiz

Wortelstokken of knollen zijn voorbeelden van
A
Geslachtelijke voortplanting
B
Ongeslachtelijke voortplanting

Slide 32 - Quiz