Thema 9 planten les 3 BS 3 en 4

• Biologie
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 4

Thema 9 planten les 3 BS 3 en 4

Maar wat heb je onthouden over wortels, stengels en bladeren?

bovenkant van het blad

Bovenkant van het blad is meestal dicht. Wordt ook wel opperhuid genoemd. Hier zit als bescherming vaak een waslaag overheen.

Vaatbundel

Doornsnede van een vaatbundel met hout- en bastvaten. De bastvaten zitten in het blad aan de onderkant.

Huidmondje

Zitten vooral op de onderkant van het blad (tegen verdamping!).

Hier gaat overdag zuurstof de plant uit en koolstofdioxide de plant in (meer fotosynthese dan verbranding).

's Nachts gaat het precies andersom:  zuurstof blad in en koolstofdioxide het blad uit (alleen verbranding).

Bladgroenkorrel

Groene korrels in plantencellen zijn bladgroenkorrels. Hierin vindt het proces van fotosynthese plaats.

Wat nemen wortels op uit de bodem?

1. Water en mineralen
2. Water en vitamines
3. Mineralen en Vitamines
4. Alleen water

Houtvaten vervoeren:

1. water en suiker van de wortels naar de bladeren
2. water en mineralen van de bladeren naar de wortels
3. water en suiker van de bladeren naar de wortels
4. water en mineralen van de wortels naar de bladeren

Bastvaten vervoeren:

1. water en suiker van de wortels naar de bladeren
2. water en mineralen van de bladeren naar de wortels
3. water en suiker van de bladeren naar de wortels
4. water en mineralen van de wortels naar de bladeren

Door gangen te boren in de stengel van een maïsplant verstoren de rupsen het vervoer van water, mineralen en suikers.

Verstoort de Europese maïsboorder het vervoer in de bastvaten? En in de houtvaten?

1. Alleen in bastvaten
2. Alleen in houtvaten
3. Zowel in bastvaten als in houtvaten

De schimmel die de iepenziekte veroorzaakt, verspreidt zich via de houtvaten steeds verder in de boom. De houtvaten raken verstopt en binnen een jaar sterft de boom.

Wordt door het verstoppen van de houtvaten het transport van water geremd?
En wordt het transport van mineralen geremd?

1. Het transport van water en mineralen wordt niet geremd
2. Alleen transport van water wordt geremd
3. Alleen transport van mineralen wordt geremd
4. Transport van water en mineralen wordt geremd

Waar in de cel vindt fotosynthese plaats? 

Fotosynthese

1

2

3

4

5

Thema 9 planten les 3 BS 3

BS 3: leerdoelen:

1. Je kunt beschrijven onder welke omstandigheden fotosynthese en verbranding plaatsvinden

2. Je kunt aangeven welke stoffen een plant kan maken uit de grondstof glucose en wat de functies zijn van deze stoffen.

Energierijk

Energie arm

Mineralen

koolhydraten

vitamines

vetten

eiwitten

water

Energierijke stoffen zijn stoffen waaruit een organisme is opgebouwd

1. Juist
2. Onjuist

Energierijke stoffen kunnen door levenloze natuur gevormd worden.

1. Juist
2. Onjuist

Energie-arme stoffen komen voor in de levenloze natuur (rotsen, water, lucht), maar ook in organismen.

1. Juist
2. Onjuist

Processen

Stofwisseling : alle processen in organismen waarbij een stof omgezet wordt in een andere stof...

Twee belangrijke processen om te onthouden:

1. fotosynthese
2. verbranding

Vraagt je examen om de naam van een  proces? Dan keus uit 1 van deze 2!

Fotosynthese

Links van de pijl + de pijl: nodig om aan fotosynthese te kunnen doen.

Rechts van de pijl: wat er ontstaat bij fotosynthese.

Verbranding

Links van de pijl + de pijl: nodig om aan fotosynthese te kunnen doen.

Rechts van de pijl: wat er ontstaat bij fotosynthese.

Energie

Wat zijn de stoffen aan de linkerkant van de pijl bij de verbranding denk je?

1. Stoffen die ontstaan bij verbranding
2. Stoffen die een tussenstap vormen
3. Stoffen die we nodig hebben bij verbranding

Wat vinden we dus aan de linkerkant van een pijl bij allebei de processen?

1. De stoffen die nodig zijn voor het proces
2. De stoffen die ontstaan bij het proces

En wat vinden we dus aan de rechterkant van een pijl bij allebei de processen?

1. De stoffen die nodig zijn voor het proces
2. De stoffen die ontstaan bij het proces

Stel je voor, we hebben een plant in een gesloten ruimte. Deze ruimte staat in het licht.
Wat ontstaat er in deze ruimte? en waarom?

Stel je voor, we hebben een plant in een gesloten ruimte. Deze ruimte staat in het donker.
Wat ontstaat er in deze ruimte? en waarom?

Wat heeft een plant nodig voor fotosynthese?

Wat maakt een plant bij  fotosynthese?

De formule van fotosynthese

Wat de plant nodig heeft voor fotosynthese.

Komt vrij na de fotosynthese.

Koolstofdioxide

Water

Glucose

Licht

Zuurstof

In de afbeelding zijn chrysanten getekend.

Kan bij chrysanten in de bladeren fotosynthese plaatsvinden? En in de stengels? En in de wortels? En in de bloemen?

wel fotosynthese

geen fotosynthese

bladeren

stengels

wortels

bloemen

Verbranding = dissimilatie

(afbraak van energierijke stoffen)

Verbranding kan bij

1. Planten
2. Planten, dieren
3. Planten, dieren, schimmels
4. Planten, dieren, schimmels, bacteriën.

Nodig voor verbranding

Over na verbranding

Zuurstof

Koolstofdioxide

Water

(Energie)

Glucose

Maak de reactievergelijking van verbranding kloppend.

+

+

  ^_______>

verbranding

  ^__________>

koolstofdioxide

zuurstof

water

glucose

energie

Fotosynthese

                      +                       ------->                       +

Verbranding

                   +                      ------->                         +

     ^---------->

     ^---------->

Koolstofdioxide

Koolstofdioxide

Zuurstof

Zuurstof

Water

Water

Glucose

Glucose

licht

energie

Glucose als 

grondstof

Een plant kan van glucose en mineralen alles maken wat het nodig heeft.

Assimilatie: opbouw van energierijke stoffen.

--> Voorbeelden?

Aan de slag:

--> Tekstboek blz. 31 en 32 opdr. 1, 2, 3 en 4

--> Maak opdr. 5 (blz. 33) in je schrift

Wat is het verschil tussen geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting?

Basisstof 4: voortplanting

Wat weet je nog van voortplanting?

Delen van de kamperfoelie-bloemen zijn: eicel, meeldraad, stamper en stuifmeelkorrel.
Hoe heet het vrouwelijke voortplantingsorgaan van de kamperfoelie? En de vrouwelijke voortplantingscel?

1. 1 = stamper, 2 = eicel
2. 1 = stamper, 2 = stuifmeelkorrel
3. 1 = meeldraad, 2 = eicel
4. 1 = meeldraad / 2 = stuifmeelkorrel

Huiswerk voor de komende les:

* Basisstof 4 opdr  1 t/m 5

* Lezen Basisstof 5 blz. 48 t/m 53; maken opdr. 1.