Toetsvoorbereiding

Toetsvoorbereiding
Binnen is beginnen
Start je laptop op en log in bij lesson up
timer
2:30
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Toetsvoorbereiding
Binnen is beginnen
Start je laptop op en log in bij lesson up
timer
2:30

Slide 1 - Diapositive

Zelfredzaamheid is belangrijk, omdat jeugd dan....
A
minder afhankelijk kan zijn en meer zelfvertrouwen krijgt.
B
meer afhankelijk kan zijn en minder zelfvertrouwen krijgt.

Slide 2 - Quiz

Hoe noem je de begeleiding waarin jongeren van 16 en 17 jaar leren om zelfstandig te wonen?

Slide 3 - Question ouverte

druk en impulsief gedrag??
Asociaal gedrag?
* grof taalgebruik
* liegen
* stelen
*vechten
* veel praten
* anderen afleiden van hun werk
* niet nadenken , gelijk doen

Slide 4 - Question de remorquage

Interne factoren zijn:
A
opvoeding
B
de regels en gewoonten die gelden in het gezin
C
karakter en intelligentie.
D
school

Slide 5 - Quiz

Externe factoren zijn:
A
Deze factoren zijn erfelijk bepaalt.
B
Factoren van buitenaf zoals opvoeding, school, en de omgeving.
C
Factoren die van binnenuit een rol spelen

Slide 6 - Quiz

Wat is lichamelijke gezondheid?
A
om hoe je je voelt
B
om hoe het met je gaat
C
de goede werking van je lichaam
D
relaties en contacten die je met mensen hebt

Slide 7 - Quiz

Wat betekent geestelijke gezondheid?
A
hoe je je voelt
B
dat je gezond eet
C
dat je geen ziekte hebt
D
dat je heel veel sport

Slide 8 - Quiz

Wanneer ben je sociaal gezond?
A
Als je je alleen voelt
B
Als je je geliefd voelt door je omgeving
C
Als je iemand pest
D
Als je veel likes hebt op facebook

Slide 9 - Quiz

Wat doen
oppervlakte actieve stoffen?
A
de oppervlakte berekenen
B
ze verwijderen zweetvlekken
C
het vuil verwijderen en het vuil in het water vasthouden
D
ze laten de was lekker ruiken

Slide 10 - Quiz

Wat doen
waterontharders?
A
Ze houden kalkdeeltjes zwevend
B
ze zorgen voor wittere was
C
ze maken de was lekker zacht
D
ze zorgen dat het water harder wordt

Slide 11 - Quiz

Voor welke vlek gebruik je
zuurstofbleekmiddelen?

A
bloedvlek
B
vruchtensap
C
zweetvlek
D
olievlek

Slide 12 - Quiz

Welke vlek verwijder je met
enzymen?

A
Inktvlek
B
thee vlek
C
bloedvlek
D
koffie vlek

Slide 13 - Quiz

Wat doet een optisch witmiddel?

A
het maakt de was schoner
B
het bleekt de was, omdat er chloor in zit
C
het laat een dun laagje op de was achter, het lijkt witter
D
het maakt de was frisser van kleur

Slide 14 - Quiz

De was sorteren:
welke stapels
maak je?

Slide 15 - Question ouverte

Waarom moet je de zakken leeghalen voordat je de kleding in de was doet?

Slide 16 - Question ouverte

Waar ga je mee bezig?
Opdracht theorietoets voorbereiden.
Beantwoord de vragen
Gebruik hiervoor je theorie.
= Samenvatting, deze moet je leren. 
timer
35:00

Slide 17 - Diapositive

Een droger waarbij het water uit het wasgoed wordt opgevangen in een waterreservoir.
Luchtafvoer-droger
Condensdroger

Slide 18 - Sondage

Wat is de beste volgorde om te strijken
A
Van donker naar licht
B
Van heet naar lauw
C
Van lauw naar heet
D
Van licht naar donker

Slide 19 - Quiz

Waar staat dit symbool voor en
waar vindt je dit symbool?

Slide 20 - Question ouverte

Welke stoffen mogen niet in de wasmachine gewassen worden?
A
Katoen & Polyester
B
Zijde & Kasjmier

Slide 21 - Quiz

Welke voorwerpen zitten in een EHBO-koffer?
A
Paracetamol, water, handschoenen, verband
B
Pleisters, mitella, coolpack, speldjes
C
Pleisters, verband, steriele gaasjes, schaar
D
Pleisters, schaar, handschoentjes, vingerbob, coolpack

Slide 22 - Quiz

Waar moet je de EHBO koffer plaatsen?
A
Op een plek waar het goed zichtbaar is
B
Bij het raam
C
In de kast
D
Je mag zelf weten waar je de koffer plaatst.

Slide 23 - Quiz

Over welke wond gaat dit? geeft maar een klein zichtbaar wondje. De inwendige schade kun je niet vaststellen.
A
Snijwond
B
Schaafwond
C
Steekwond
D
Bijtwond

Slide 24 - Quiz

Over welke wond gaat dit? Oppervlakkige wond, de bovenste huidlaag is afgeschaafd
A
Snijwond
B
Schaafwond
C
Steekwond
D
Bijtwond

Slide 25 - Quiz

Over welke wond gaat dit?
Bloed veel, maar is meestal minder pijnlijk
A
Snijwond
B
Schaafwond
C
Steekwond
D
Bijtwond

Slide 26 - Quiz

Veroorzaakt door de tanden van een mens of dier.
A
Snijwond
B
Schaafwond
C
Steekwond
D
Bijtwond

Slide 27 - Quiz

Hoort dit wel of niet in een EHBO koffer?
Een flesje water
A
Wel
B
Niet

Slide 28 - Quiz

Wat doe je al eerste als je iemand bewusteloos op de grond ziet liggen?
A
Je kijkt of de persoon nog ademt
B
Je schudt de persoon en vraagt of het goed gaat
C
Je begint met de stabiele zijligging
D
Je roept om hulp

Slide 29 - Quiz

Wat is de goede volgorde van de stabiele zijligging?

Slide 30 - Question de remorquage

Wat doe je altijd als eerste wanneer je een EHBO- rollenspel doet
A
De benodigdheden pakken
B
De opdracht goed lezen
C
Handen wassen of handschoenen aan doen

Slide 31 - Quiz

Stuur een afbeelding van een
3- kanten doek die de arm van een slachtoffer kan ondersteunen.

Slide 32 - Question ouverte

Welk verbandmiddel is een snelverband?
A
B
C
D

Slide 33 - Quiz

Wat is een goede manier om een teek te verwijderen?
A
De teek met alcohol verdoven.
B
De teek met ontsmettingsmiddel verdoven.
C
De teek met een brandende sigaret verwijderen.
D
De teek met een tekentang verwijderen.

Slide 34 - Quiz

Wat kan een reden zijn tot het gebruik van een genotsmiddel?
A
Het is stoer
B
Het middel moet op
C
Om pijn te verzachten
D
Omdat het genotsmiddel er leuk uitziet

Slide 35 - Quiz

Wat is de omgevingsfactor die invloed heeft op het ontstaan van gedragsproblemen
A
ADHD
B
Gepest worden
C
Alleen zijn
D
Veel verkeerde vrienden

Slide 36 - Quiz