Hoofdstuk 3 - Verwarmen - VWO3

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Verwarmen

VWO3

Vormen van energie

Bijvoorbeeld:

Warmte

Bewegingsenergie (arbeid)

Elektrische energie

Chemische energie

Kernenergie

Energiestroomdiagram

Weergeven in 

Omzetten van energie

Verandering van kwaliteit

Waarde. De bruikbaarheid van die energiesoort.

Geen verandering van kwantiteit

Dus GEEN verandering van hoeveelheid energie

Wet van behoud van energie

Warmte

Grootheid Energie of Warmte

Eenheid:

Joule                                         J 

of

kilowattuur                            kWh

1 h = 60 min = 3600 s

1 kWh = 1000 Wh = 3600000 J = 3,6 MJ

Waterkoker

Calorimeter

Voorbeeld

Anouck doet 100 gram water in een calorimeter en verwarmt het met een dompelaar van 0,012 kW. Na 0,2 uur is de temperatuur van het water gestegen van 19 °C naar 39 °C.

Bereken hoeveel warmte de dompelaar heeft geproduceerd.

Hint: E = P x t

Maak een foto van je uitwerking en

Soortelijke warmte

Q = c · m · ΔT

  

Hierin is:

• Q de warmte in joule (J);

• c de soortelijke warmte in joule per gram en per graad Celsius (J/(g °C));

• m de hoeveelheid stof in gram (g);

• ΔT = Teind− Tbegin de gewenste temperatuurstijging in graden Celsius (°C).