3.5 Nederland en de zee

3.5 Nederland en de zee
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

3.5 Nederland en de zee

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Polder
'Een gebied waarbinnen je de waterstand kan regelen'


(nadeel = inklinking)

Slide 4 - Diapositive

Droogmakerij

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Beemster

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Klimaatverandering


Gevolg: stijging zeespiegel



https://www.floodmap.net/


Slide 9 - Diapositive

Zandsuppletie

Slide 10 - Diapositive

Zandmotor

Slide 11 - Diapositive

H3 Water 
- Water op aarde 
- Soms te veel water
- Vaak te weinig water 

Slide 12 - Diapositive

Leerdoelen
  1. Je weet hoe water verdeeld is over de aarde en 
  2. Je weet hoe de waterkringloop werkt.
  3. Je kan uitleggen waardoor er soms veel en soms weinig water beschikbaar is.
  4. Je kunt een grafiek van de waterbalans lezen en begrijpen

Slide 13 - Diapositive

HOEVEEL?!?!
De totale watervoorraad op aarde is 1400 miljoen km3 ( 1 m3 water is gelijk aan 1.000 liter water.) In de atmosfeer bevindt zich ongeveer 3.100 m3 water in de vorm van waterdamp. Elke dag verdampt er 280 m3 aan water in de atmosfeer.

Slide 14 - Diapositive

Het water waar de mens bij kan zit in meren, rivieren, planten, in de grond en in de lucht. 
Van al dat zoete water is ook maar slechts 1% toegangelijk voor de mens
Van al het water in de wereld is er slechts 2,5% zoet. Alleen zoet water kan je gebruiken voor landbouw en consumptie.
Verdeling van het water op aarde

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Hoog in de bergen valt er sneeuw. Deze dikke pakken sneeuw vormen een gletsjer.
Een gletsjes stroomt heel langzaam naar beneden en smelt als het opwarmt. Hierdoor ontstaat een gletsjerrivier
Het water in deze rivier is dus ook ijskoud!
Al de neerslag die boven land valt komt samen in een rivieren en in meren. Dit water is zichtbaar en noem je oppervlakte water.
De rivieren die bestaan uit regenwater noem je regenrivieren. 
Er wordt ook een deel van de neerslag opgenomen in de bodem. Het opnemen van neerslag in de bodem noem je infiltratie.
Als het water in de grond is opgenomen noem je het grondwater. 
Het grondwater stroomt ook langzaam terug naar de zee.
Als het water is verdampt en hoog in de atmosfeer afkoelt gaat het condenseren. Hierdoor ontstaan wolken. 
Deze wolken kunnen gelijk weer leeg regenen boven de zee of waaien richting het land. 
Al het water vanuit het land komt samen in de zee. 
In de zee verdampt het meeste water en begint de reis van het water weer opnieuw. Het blijft altijd inbeweging!
In de midden- en benendenloop komen de regenrivier en gletsjerrivier samen. 
Deze rivieren vormen nu samen een gemengde rivier.
Waterkringloop
De korte waterkringloop
Water verdampt boven zee, het water condenseerd wolken en regent weer leeg boven de zee. 
De Lange waterkringloop
Water verdampt boven zee, de wolken waarin het verdampte water zich heeft verzameld waait land inwaarts en de neerslagt valt op het land of boven in de bergen. 
Via verschillende manieren (gletsjers, rivieren en grondwater) stroomt het water weer terug naar zee. 

Slide 17 - Diapositive

3.2 Soms te veel water

Slide 18 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kan uitleggen waardoor overstromingen kunnen ontstaan.
  • Je weet wat een piekafvoer is en wat de gevolgen van een overstroming kunnen zijn.
  • Je kunt in een grafiek de piekafvoer van een rivier weergeven.



Slide 19 - Diapositive

Overstromingen
Sommige landen kennen periodes waar veel regen valt. Dit noem je Regentijd

Dit komt doordat de wind vanaf de zee komt. Deze wind noem je een moesson

Slide 20 - Diapositive

Problemen
  • mensen en dieren verdrinken
  • drinkwater vervuilt
  • oogsten mislukken
  • ziekten breken uit
  • vervoer wordt lastig
  • Natte sokken

Slide 21 - Diapositive

Doordat er stees meer bossen worden gekapt lang rivieren wordt er minder water opgenomen door bomen en houden de boomwortels de grond niet meer vast.
Het water in rivieren stroomt hierdoor sneller weg en de piekafvoer wordt veel hoger. De kans op overstromingen is hierdoor veel groter.
Stijging van de bevolking betekent ook meer huizen. Rivieren krijgen minder ruimte door groeiende steden. Als er overstromingen zijn zullen de gevolgen steeds groter worden.
Door de klimaat verandering op aarde stijgt de temperatuur van het zeewater. Hierdoor verdampt er meer water en ontstaan er zwaardere orkanen. 
Wanneer in korte tijd veel regen valt, moet de rivier veel water afvoeren. 
Dit noem je de piekafvoer.

Slide 22 - Diapositive

3.4 Rivieren in Nederland

Slide 23 - Diapositive

Kribben
Vaargeul
Binnendijksgebied
Buitendijksgebied

Slide 24 - Diapositive

Leerdoelen
Je weet waarom rivieren belangrijk zijn voor Nederland.
Je kan uitleggen wat de maatregelen tegen overstroming van de rivieren zijn.
Je kunt met een tekening uitleggen wat de drietrapsstrategie inhoudt.

Slide 25 - Diapositive

Drietrapsstrategie
Drie manieren (vasthouden-bergen-lozen) waarmee de overheid een piekafvoer wil bestrijden en overstromingen wil voorkomen.

Slide 26 - Diapositive