Startweek periode 2

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Welkom

Op tafel:  

Hand- en oefenboek Kern

map,  pen 2 kleuren,

laptop

(telefoon in tas, oortjes uit, jas uit... je weet wat je moet doen )

Agenda 

1. Toets nakijken

2. Wat gaan we doen periode 2

3. Intro werkwoordspelling & Numo 

Aan het einde van deze les:

Heb je geleerd van je proefwerk

Zijn we gestart met ophalen van de regels rondom werkwoordspelling en weet je wat je moet doen met Numo 

Agenda 

1. Toets nakijken

2. Wat gaan we doen periode 2

3. Intro werkwoordspelling & Numo 

Testfox

1. ga naar RTTI/TestFox

2. kies 'inzage proefwerk'

3. kijk naar de vragen, ook waar je punten voor had en leer van het goede antwoord bij feedback (5 min)

4. we lopen elke vraag klassikaal door. 

Let op: als we naar volgende vraag gaan, kun je NIETS meer vragen over voorgaande vragen

Agenda 

1. Toets nakijken

2. Wat gaan we doen periode 2

3. Intro werkwoordspelling & Numo 

Periode 2 

Oefenboek	Handboek
Hst 2 Fictie en werkelijkheid A, B, C, D (E, F) G	Taal en Cultuur - Verhalen hst 12 Taalgebruik- hst 14-19 Verhalen - Plot en andere literaire begrippen hst 8-10
Hst 5 Vermaken & ontroeren A, B, C, D (E) F	Taal & Cultuur - Humor en spot hst 15 Verhalen en gedichten - Beeldspraak hst 16 Taalgebruik- hst 14-19
Werkwoordspelling B Hoofdletters en leestekens D	Taalverzorging - Werkwoordspelling hst 5 Taalverzorging - Hoofdletters en Leestekens - hst 8, 9

Agenda 

1. Toets nakijken

2. Wat gaan we doen periode 2

3. Intro werkwoordspelling & Numo 

5,5 uur EN vooruitgang

Let op: 

vanaf nu wordt er gewerkt aan een terugkomuur als je niet op schema ligt!

Nu op Numo: 

leerplan 

werkwoord-spelling => twee keer per week 20 minuten 

Login Numo in

Maak de sprongtoets die klaar staat. 

Het doel is dat jullie minimaal halverwege 2F tot 3F halen in periode 2

(Volgende slide vul je score in) 

Na de sprongtoets heb ik een score

0-20%

20-40%

40-60%

60-80%

80-100%

Welk soort werkwoorden bestaat er? Zie ook hst 5, blz 180 van je handboek

Geef een voorbeeld van een onregelmatig werkwoord inclusief de vervoegingen

Werkwoorden hst 5 blz 180 handboek

Ik	stam	lach	lachte
Jij/u	stam + t	lacht	lachte
Hij/zij/het	stam + t	lacht	lachte
Wij	infinitief/hele ww	lachen	lachten
Jullie	infinitief/hele ww	lachen	lachten
Zij	infinitief/hele ww	lachen	lachten

Vul de juiste vorm van het ww in (tt)
(Worden) jij ook gek van mensen die naar huis (willen) lopen?

Vul de juiste vorm van het ww in (vt)
(Worden) jij ook gek van mensen die naar huis (willen) lopen?

Vul de juiste vorm van het ww in (tt)
Hoe leuker hij het (vinden), hoe meer hij op zijn vader (lijken)

Vul de juiste vorm van het ww in (vt)
Hoe leuker hij het (vinden), hoe meer hij op zijn vader (lijken)

Maak een zin in de 3e pers ev tt met het ww 'regelen'

Maak een zin in de 1e pers ev vt met het ww 'regelen'

Maak een zin in de 1e pers ev volt t met het ww 'regelen'

Login Numo in

Ga nu verder met de oefeningen die klaar staan na je sprongtoets tot het einde van de les

Lees evt hst 5 blz 180-184 door van je handboek

Als het goed is ...

Heb je geleerd van je proefwerk

Zijn we gestart met ophalen van de regels rondom werkwoordspelling en weet je wat je moet doen met Numo