Week 4 Unit 3 Formatieve Toets

Unit 3 
Formatieve Toets 

1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Unit 3 
Formatieve Toets 

Slide 1 - Diapositive

Formatieve toets
Het is de bedoeling dat je een score van minimaal 70% haalt!
Je doet dit, uiteraard, zonder je boek!
Succes

Slide 2 - Diapositive

Wat is de vertaling van:
inkopen
A
shopping
B
earn
C
as well
D
enough

Slide 3 - Quiz

Wat is de vertaling van:
zelf
A
store
B
yourself
C
notice
D
charity

Slide 4 - Quiz

Wat is de vertaling van:
ervaring
A
enough
B
experience
C
self
D
charity

Slide 5 - Quiz

Wat is de vertaling van:
am
A
zijn
B
voor 12 uur 's middags
C
na 12 uur 's middags
D
zelf

Slide 6 - Quiz

Wat is de vertaling van:
worth
A
waard
B
lui
C
misschien
D
vrouwelijk

Slide 7 - Quiz

Wat is de vertaling van:
bargain
A
weggooien
B
baan
C
koopje
D
barganger

Slide 8 - Quiz

Sleepvraag 1
Sleep de uitspraak naar de woorden

Slide 9 - Diapositive

procent
verkoper
nieuws brief
weg gooien
enorm
trakteren op

Slide 10 - Question de remorquage

Sleepvraag 2
Sleep de trappen van vergelijking naar de goede plek.

Slide 11 - Diapositive

fast
big
fit
interesting
vergelijkend             vergrotend              overtreffend
faster
bigger
more interesting
fitter
most interesting
fittest
fastest
biggest

Slide 12 - Question de remorquage

toekomstige tijd
Vul de goede vorm in.

am/are/is + going to + ww

Slide 13 - Diapositive

Wat moet er op de puntjes?
He ................ (buy) new clothes.

Slide 14 - Question ouverte

Wat moet er op de puntjes?
I ................ (hate) football.

Slide 15 - Question ouverte

Wat moet er op de puntjes?
My parents ............. (do) the groceries.

Slide 16 - Question ouverte

Wat moet er op de puntjes?
Peter & I ................ (walk) to school.

Slide 17 - Question ouverte

Meervoud
Noteer de meervoud van het zelfstandig naamwoord

Slide 18 - Diapositive

Wat is het meervoud van:
egg

Slide 19 - Question ouverte

Wat is het meervoud van:
girl

Slide 20 - Question ouverte

Wat is het meervoud van:
man

Slide 21 - Question ouverte

Wat is het meervoud van:
tomato

Slide 22 - Question ouverte

Wat is het meervoud van:
scarf

Slide 23 - Question ouverte

Wat is het meervoud van:
dress

Slide 24 - Question ouverte

Mij, jou, hem: Me, you, him
Wat moet er op de puntjes?
Vertaal en vul in!

Slide 25 - Diapositive

I watch .... (hem) every day

Slide 26 - Question ouverte

They didn't give ...... (ons) much money.

Slide 27 - Question ouverte

We spoke ...... (haar) again.

Slide 28 - Question ouverte

Zinnen
Vertaal de volgende zinnen

Slide 29 - Diapositive

Ze geven enorm veel korting.

Slide 30 - Question ouverte

Ik wil gewoon mijn geld terug.

Slide 31 - Question ouverte

Ja, ik neem hem.

Slide 32 - Question ouverte

Tell me about yourself.

Slide 33 - Question ouverte

I'm a hard worker

Slide 34 - Question ouverte