230120_H1A_blok 2 oriënterend lezen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Ga rustig op je plek zitten.

Spullen op tafel.

Zet je tas op de grond.

Pak je leesboek en ga lezen.

Wat gaan we doen vandaag?

- Terugkijken blok 1

- Uitleg

- Zelfstandig werken

- Uitleg

- Zelfstandig werken

- Afsluiting

Aan het eind van deze les.... (lesdoelen)

.... weet je wat oriënterend lezen is.

.... kun je door oriënterend lezen het onderwerp van een tekst bepalen.

.... weet je wat een alinea is.

Herhalen blok 1

Tekstdoel 

Tekstsoort

Tekstvorm

Best lastig uit elkaar houden!

wat wil de schrijver met zijn tekst bereiken?

wat voor soort tekst gebruikt hij daarvoor?

in welke vorm staat deze tekst?

Onderwerp

Onderwerp van een tekst --> Waar de tekst over gaat.

Je kunt met 1 woord of een paar woorden zeggen wat het onderwerp van een tekst is. 

Oriënterend lezen --> je 'bekijkt' de tekst en je leest de eerste alinea.

Om het onderwerp van een tekst te vinden, lees je de tekst oriënterend.

Oriënterend lezen

1) Bekijk de tekst: 

- Kijk naar de titel.

- Kijk naar de illustraties.

- Kijk naar eventuele tussenkopjes.

- Let op anders gedrukte woorden (vet, cursief, etc).

2) Lees de eerste alinea/de inleiding

3) Geef antwoord op de vraag: waar gaat de tekst over?

Zet de drie stappen en vind het onderwerp

Aan het werk

Hoe lang: 15 minuten

Hoe: in je schrift

Klaar? -> lezen

Maak: opdracht 37 .1 .2 en .3 (blz. 81)

Let op: niet af = huiswerk

Deelonderwerp

Je weet nu hoe je het onderwerp van een tekst vindt, maar een tekst heeft ook deelonderwerpen.

Een stukje dat over een deelonderwerp gaat is een alinea.

Aan het werk

Hoe lang: 15 minuten

Hoe: in je schrift

Klaar? -> lezen

Maak: opdracht 39 .1 .2 en .4 .5 .6 (blz. 85)

Let op: niet af = huiswerk

Wat heb je geleerd?

Je weet wat oriënterend lezen is.

Je kunt door oriënterend lezen het onderwerp van een tekst bepalen.

Je weet wat een alinea is.

Afsluiting

Volgende keer: herhalen blok 2 en bespreken huiswerk.

Huiswerk: 

-opdracht 37 .1 .2 en .3 (blz. 81)

-opdracht 38 .1 .2 en .4 .5 .6 (blz. 85)

.... en: fijn weekend!