10.3
1 / 13
La durée de la leçon est: 60 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
zet de verschillende onderdelen bij de juiste nummers.
1
2
3
4
5
placenta
navelstreng
vruchtwater
embryo
vruchtvlies
Slide 3 - Question de remorquage
Beschrijf wanneer een vrouw kan spreken van een zwangerschap.
Gebruik de woorden bevruchting, eileider, innesteling
Slide 4 - Question ouverte
Benoem de juiste onderdelen van de navelstreng. A is de kant van de moeder, B is de kant van de baby..
1
2
navelstrengader
navelstrengslagader
Slide 5 - Question de remorquage
Welke afbeelding(en) is/zijn van een twee-eiige tweeling?
A
A
B
B
C
C
D
A en B
Slide 6 - Quiz
In welke afbeelding(en) zijn twee placenta's te zien?
A
A
B
B
C
C
D
A en B
