Spelling grammatica blok 6 week 4 les 3

Spelling grammatica blok 6 week 4 les 3
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
SpellingBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Spelling grammatica blok 6 week 4 les 3

Slide 1 - Diapositive

Paul heeft ons vorig week in de klas een plaatje van een indiaan laten zien.

Welke woordsoort is 'in'?

Slide 2 - Question ouverte

Voorzetsel
Zegt iets over de precieze plaats, richting op tijd.

Slide 3 - Diapositive

Bekijk de tekst.
Noem de persoonlijke voornaamwoorden. voornaamwoorden.

Slide 4 - Question ouverte

Persoonlijk voornaamwoord
Verwijst naar een persoon.

Slide 5 - Diapositive

Bekijk de tekst.
Noem de zelfstandige naamwoorden in het enkelvoud met de lidwoorden.

Slide 6 - Question ouverte

Zelfstandig naamwoord
Is een mens, dier of ding.
Je kunt er een lidwoord (de, het, een) voor zetten.

Slide 7 - Diapositive

Bekijk de tekst.
Noem de rangtelwoorden

Slide 8 - Question ouverte

Rangtelwoord
Geeft de volgorde in een rij aan.

Slide 9 - Diapositive

Welke woordsoort is 'en'

Slide 10 - Question ouverte

Voegwoord
Maakt  twee zinnen aan elkaar vast

Slide 11 - Diapositive

Bekijk de tekst.
Noem de andere voegwoorden

Slide 12 - Question ouverte

Bekijk de tekst.
Welke woordsoort is 'heeft'?

Slide 13 - Question ouverte

Hulpwerkwoord
Staat samen met een ander werkwoord in de zin.

Slide 14 - Diapositive

Bekijk de tekst.
Welke woordsoort is 'genoemd'?

Slide 15 - Question ouverte

Voltooid deelwoord
Het werkwoord dat zet dat iets voltooid is.
Het staat altijd samen met een hulpwerkwoord in de zin.

Slide 16 - Diapositive

Bekijk de tekst.
Noem het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord.

Slide 17 - Question ouverte

Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Zegt van welk materiaal het zelfstandig naamwoord is gemaakt.

Slide 18 - Diapositive

Bekijk de tekst.
Welke woordsoort is 'Amerikaanse'?

Slide 19 - Question ouverte

Bijvoeglijk naamwoord
zegt iets over het zelfstandig naamwoord

Slide 20 - Diapositive

Dictee woord 1

Slide 21 - Question ouverte

Dictee woord 2

Slide 22 - Question ouverte

Dictee woord 3

Slide 23 - Question ouverte

Dictee zin 1

Slide 24 - Question ouverte

Dictee zin 2

Slide 25 - Question ouverte

Dictee zin 3

Slide 26 - Question ouverte

Racen Mees en Arno naar huis om Arno's telefoon op te halen?
Noem de voorzetsels.

Slide 27 - Question ouverte

Racen Mees en Arno naar huis om Arno's telefoon op te halen?
Noem de zelfstandige naamwoorden met de lidwoorden.

Slide 28 - Question ouverte

Je telefoon krijgt weer nieuwe energie als je je batterij oplaadt.
Noem de zelfstandige naamwoorden met de lidwoorden.

Slide 29 - Question ouverte

Je telefoon krijgt weer nieuwe energie als je je batterij oplaadt.
Welke woordsoort is 'nieuwe'

Slide 30 - Question ouverte

Zinsontleden
Maken blz. 34 werkboek opgave 1 t/m 3
Daarna nakijken.

Slide 31 - Diapositive