§ 1.4 Écouter 2

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Il est

Nous sommes

Ils sont

Je suis

Elle est

Tu es

Ik ben

Jij bent

Hij is

Zij is

Wij zijn

Zij zijn

leuk

regarde!

hoe?

le prénom

nieuw

chouette

de voornaam

nouvelle

kijk! 

comment? 

Doel:

Je kunt begrijpen hoe Fransen zich voorstellen aan elkaar.

Les:

- Nakijken ex 10, 12 & 13.

- Doorspreken apprendre 4.

- Luisteren ex 14. 

- Zelfstandig werken. 

Huiswerk:

- Maken ex 15.

- Leren apprendre 1 t/m 4.

Exercice 10 – Mise en route : vocabulaire

1 de jongen

2 het meisje

3 een vriendin

4 hoe

5 het gaat goed

6 de voornaam

7 woon jij

8 wie

Exercice 12 – Compréhension globale

1 C, Ze zit in dezelfde klas als Clémence.

2 Aurélie en Clémence kennen elkaar nog niet. Ze vertellen elkaar hun naam.

3 C, Ousmane en Aurélie maken kennis met elkaar.

4 B, Ze moeten het gesprek beëindigen omdat het tijd is.

Exercice 13 – Compréhension détaillée

1 1b, 2d, 3a, 4c

2 A, Dat meisje daar. Wie is dat?

3 het, een

4 A, Ousmane vindt dat ze een leuke naam heeft.

5 B, niet waar

6 Clémence vindt Ousmane een leuke jongen. Ze zegt tegen Clémence: « C’est un joli garçon, hein ? »

7 Aurélie zegt niet erg veel en ze spreekt nogal aarzelend met veel euh ... .

8 a Wil je vrienden zijn?

 b In dialoog 1: Aurélie aan Clémence en in dialoog 2: Ousmane aan Aurélie

edition.thiememeulenhoff.nl

Zelfstandig werken

- Schrijf je huiswerk in je Plenda:

- mk ex 15

- lr a (apprendre) 1 t/m 4

Zien wij hier regio's of departementen?

1. Regio's
2. Departementen