Samenvatting H5 Ruimtelijk kijken

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Samenvatting H5: ruimtelijk kijken

H5.1 Diepte zien

Kun je een ribbe (een lijn) niet zien? Dan stippel je deze!

Ken de aanzichten van een kubus

• vooraanzicht
• achteraanzicht
• rechter zijaanzicht
• linker zijaanzicht
• onderaanzicht
• bovenaanzicht

Je moet een vlak met de juiste letters kunnen benoemen. Denk om de alfabetische volgorde!

H5.2 Kubus en balk tekenen

Je moet beide figuren kunnen tekenen.

1. teken eerst het voorvlak (ABEF)

2. teken vanaf de hoekpunten de lijn naar achteren (2 vakjes naar rechts, 1 vakje omhoog

3. teken vanaf A een gestippelde lijn (2 vakjes naar rechts, 1 vakje omhoog)

4. schrijf de letters bij de hoekpunten en de lengtes bij de zijden

denk erom: ribben die naar schuin naar achteren lopen, teken je korter!

H5.3 Prisma

Een prisma heeft verschillende grensvlakken.

Je moet een prisma kunnen tekenen. Dat gaat hetzelfde als een balk 

Het grondvlak is een veelhoek.

tussen de grondvlakken lopen allemaal rechthoeken

een prisma dankt zijn naam aan de vorm van het grondvlak. Een zeshoekig prisma heeft een zeshoek als grondvlak

Theorie C: Snijdende, kruisende en evenwijdige lijnen

H5.4 Evenwijdige lijnen

• hebben altijd gelijke afstand van elkaar
  
• hebben dezelfde richting
  
• hoeven niet even lang te zijn

Theorie C: Snijdende, kruisende en evenwijdige lijnen

H5.4: Snijdende lijnen

• Lijnen snijden elkaar bij bijvoorbeeld een hoekpunt
  
• Of als je lijnen doortrekt
  

Theorie C: Snijdende, kruisende en evenwijdige lijnen

H5.4: Snijdende lijnen

• Lijnen snijden elkaar bij bijvoorbeeld een hoekpunt
  
• Of als je lijnen doortrekt 

Deze lijnen snijden elkaar in dit hoekpunt. Welke lijn snijdt deze lijnen ook in dit hoekpunt?

Wanneer je deze rode lijnen doortrekt, snijden ze elkaar

lijnen in hetzelfde vlak (bijvoorbeeld het grondvlak van dit prisma) kunnen elkaar snijden of evenwijdig lopen

Theorie C: Snijdende, kruisende en evenwijdige lijnen

H5.4: Kruisende lijnen

• lijken te snijden, maar doen dat niet 
• ook niet als je ze doortrekt

H5.6 Aanzichten

• Je kent de verschillende aanzichten van een figuur of bouwwerk. 

• Je kunt deze verschillende aanzichten tekenen.

Je moet een aanzicht kunnen tekenen op basis van het bouwsel zelf of op basis van het bovenaanzicht

ZW

Maak van de D-toets opgaven: 1 t/m 13 en 19 t/m 23.

Kijk je antwoorden na en verbeter je fouten.

Maak foto's van je werk en lever deze via Google Classroom in.