boekverslag 3b

• Nederlands
• Middelbare school
• Voortgezet speciaal onderwijs
• vmbo b
• Leerroute VB
• Leerjaar 3

Welkom bij Nederlands 

- kom rustig binnen 

- jas aan de kapstok 

- zitten volgens plattegrond

- materialen klaar leggen op tafel 

wat gaan we vandaag doen

- 10 minuten stil lezen 

- uitleg boekverslag maken 

- uitleg spreekbeurt 

boekverslag 

- inleveren voor de meivakantie
uiterlijk vrijdag 26 april 

titelverklaring 

Geef een goede titelverklaring van het boek. Waarom heet het boek zo?

Soms is een titelverklaring makkelijk en slaat deze op een hoofdzaak in het boek. Soms slaat de titel op een achterliggende gedachte.
Geef een duidelijke uitleg waar de titel vandaan komt.

Komt de titel voor in het boek, citeer (overschrijven én bladzijde vermelden) een stukje waarin het staat. Verwijst de titel ergens anders naar, geef dan duidelijk aan waarnaar het verwijst en geef uitleg.

genre 

Wat voor soort boek is het?

Bijvoorbeeld: biografie, detective, dieren, familieroman, griezelverhaal, historisch verhaal, humor, oorlog en verzet, romantisch verhaal, school, sciencefiction, spanning en

avontuur, sport, sprookjes, western, zeeverhaal.

Waar blijkt dat uit?

onderwerp/thema

Beschrijf in één of in een paar woorden waar het hele verhaal over gaat.

plaats/ruimte 

Waar speelt het verhaal zich af?

Bij plaats/ruimte moet je niet alleen beschrijven waar het verhaal zich afspeelt, maar ook waarom het zo belangrijk is voor het verhaal.

Op welke plaats/ruimte speelt het verhaal zich af.
  Geef voorbeelden. Het kunnen meerdere plaatsen/ruimtes zijn.

Welke sfeer roept de plaats/ruimte op? Wat is het verband tussen plaats/ruimte en het thema?

tijd

Wanneer speelt het verhaal zich af en welke tijdsperiode beslaat het verhaal (duurt het verhaal bijv. één zomer of duurt het 40 jaar)?

Waar blijkt dat uit?

het perspectief

Wat is de vertelsituatie/het perspectief?

Is er sprake van een ik-vertelsituatie, van een personale vertelsituatie, een alwetende vertelsituatie of een meervoudige vertelsituatie?

personen

*Beschrijf wie de hoofdpersonen én de bijfiguren zijn in het boek en waarom ze belangrijk zijn voor het verhaal.

Denk goed na, vertel zoveel mogelijk wat je weet.

Denk hierbij aan: karakters, hoe hij/zij eruit ziet, uiterlijke kenmerken, wat hij/zij voelt en denkt en wat zijn/haar eigenschappen zijn. Hebben ze hobby’s werk of andere interessante bezigheden?

*Beschrijf welke problemen ze tegenkomen in het verhaal en hoe ze die proberen op te lossen.

*Beschrijf de onderlinge relaties en hoe een persoon zich ontwikkelt tijdens het verhaal.

Beschrijf de hoofdpersonen en de bijfiguren apart.

Hoofdpersonen:

Bijfiguren:

opbouw 

De gebeurtenissen in een verhaal worden in een bepaalde volgorde verteld. Is er sprake van een chronologisch of een niet-chronologisch verteld verhaal?

Maakt de schrijver gebruik van flashbacks of tijdsprongen?

Waar blijkt dat uit?

Hoe eindigt het verhaal? Is er sprake van een ‘happy end’, een droevig einde of is er een open einde. Leg dit uit.

samenvatting verhaallijn

Is er sprake van één verhaallijn of zijn er meerdere verhaallijnen?
  Leg dit uit.

Wat gebeurt er in het verhaal? Geef een korte samenvatting.(minimaal 200 woorden)

De samenvatting mag niet van internet gehaald worden.

Bouw de samenvatting op in 3 delen: begin, midden en slot. Geef de delen duidelijk aan in je samenvatting.

eigen mening 

Een boek verslag is niet compleet zonder je eigen mening.
  Wat vond je van het boek en waarom?

Geef minimaal 2 argumenten en leg je argumenten uit.

De boeken die je leest, lees je om jezelf te ontwikkelen. Maar wat heb je van het boek geleerd? Wat vond je ervan? Wat is jouw mening over het onderwerp/thema, heb je hiermee in het dagelijkse leven te maken? Je kunt hierbij vertellen wat voor persoonlijke impact het boek op je had en of het verhaal invloed heeft op je eigen leven.

Bij deze opdracht laat je zien dat je het boek goed gelezen en begrepen hebt. Ook kun je vertellen of je het boek zou aanraden en zo ja aan wie en waarom. Of waarom juist niet.

Gebruik minimaal 150 woorden.