H2_lezen

Start lezen (10 minuten)
timer
10:00
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Start lezen (10 minuten)
timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Hoofdstuk 2 lezen
Log alvast in!

Slide 2 - Diapositive

Vorige les
Oefenexamen

Zoekend lezen

Slide 3 - Diapositive

Leerdoel
Je kunt signaalwoorden herkennen, benoemen en begrijpen.

Slide 4 - Diapositive

Uitlegfilmpje

Slide 5 - Diapositive

Het signaalwoord 'eerst' hoort bij het tekstverband
A
opsomming/tijdsvolgorde
B
tegenstelling
C
oorzaak-gevolg
D
voorbeeld

Slide 6 - Quiz

Het signaalwoord 'doordat' hoort bij het tekstverband
A
opsomming/tijdsvolgorde
B
tegenstelling
C
oorzaak-gevolg
D
voorbeeld

Slide 7 - Quiz

De signaalwoorden 'maar' hoort bij het tekstverband
A
opsomming/tijdsvolgorde
B
tegenstelling
C
conclusie
D
voorbeeld

Slide 8 - Quiz

De signaalwoorden 'bijvoorbeeld' hoort bij het tekstverband
A
opsomming/tijdsvolgorde
B
tegenstelling
C
conclusie
D
voorbeeld

Slide 9 - Quiz

De signaalwoorden 'ook' hoort bij het tekstverband
A
opsomming/tijdsvolgorde
B
tegenstelling
C
conclusie
D
voorbeeld

Slide 10 - Quiz

De signaalwoorden 'onder andere' hoort bij het tekstverband
A
opsomming/tijdsvolgorde
B
tegenstelling
C
conclusie
D
voorbeeld

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Maken
H2 paragraaf lezen: opdr. 1 en 2

Klaar?
- Lezen

Slide 14 - Diapositive

Deel 2 'Lezen'
Log alvast in!

Slide 15 - Diapositive

Vorige les
- Signaalwoorden
-Tekstverbanden

Waarvoor zijn signaalwoorden belangrijk?

Slide 16 - Diapositive

Wat weet je nog?
Blooket

Slide 17 - Diapositive

De signaalwoorden 'maar' hoort bij het tekstverband
A
opsomming/tijdsvolgorde
B
tegenstelling
C
conclusie
D
reden

Slide 18 - Quiz

De signaalwoorden 'als gevolg van' hoort bij het tekstverband
A
opsomming/tijdsvolgorde
B
tegenstelling
C
oorzaak-gevolg
D
reden

Slide 19 - Quiz

De signaalwoorden 'bijvoorbeeld'
hoort bij het tekstverband
A
voorbeeld
B
tegenstelling
C
conclusie
D
reden

Slide 20 - Quiz

De signaalwoorden 'concluderend'
hoort bij het tekstverband
A
voorbeeld
B
tegenstelling
C
conclusie
D
reden

Slide 21 - Quiz

Opdracht 4
Klassikaal de tekst lezen

Slide 22 - Diapositive

Maken
opdracht 4 en 6

Klaar?
- Werk rustig verder aan de paragraaf woordenschat

Slide 23 - Diapositive