Ontwikkelingsfasen (1)

Ontwikkelingsfasen
Hoofdleerdoel
Je hebt kennis van de diverse ontwikkelingsfasen van de mens en kunt deze toepassen in de praktijk.
Kennismaken met de doelgroep > 14.8 
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Ontwikkelingsfasen
Hoofdleerdoel
Je hebt kennis van de diverse ontwikkelingsfasen van de mens en kunt deze toepassen in de praktijk.
Kennismaken met de doelgroep > 14.8 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen
14.8  B    Ontwikkelingspsychologie
14.8  C    Ontwikkelingsgebieden

volgende les , 4-11 ->  14.8 D t/m F

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

14.8  Ontwikkeling(Fasen)

De ontwikkeling van de mens is onder te verdelen in verschillende ontwikkelingsfasen die passen bij de leeftijdsgroep.

 Bij elke fase horen specifieke kenmerken waaraan je deze groep kunt herkennen.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de betekenis van ontwikkelingsfasen?
A
De economische groei van een land.
B
De levensfase waarin men zich professioneel ontwikkelt.
C
De verschillende stadia in de groei en ontwikkeling.
D
De snelheid van technologische vooruitgang.

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat bestudeert de ontwikkelingspsychologie voornamelijk?
A
de invloed van cultuur op gedrag
B
De werking van het brein bij volwassenen
C
de psychologische veranderingen gedurende het leven
D
De behandeling van psychische stoornissen

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

14.8. B  Ontwikkelingspsychologie
Het  is een specialisatie binnen de psychologie: 
de wetenschap die het gedrag van de mens in de verschillende fasen van zijn ontwikkeling bestudeert.

De ontwikkeling van ieder mens is uniek.
Interne en externe factoren hebben invloed hierop
MAAR : hoe groot is deze invloed?

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Invloed: het nature-nurture-debat
Nature:  alle eigenschappen en kwaliteiten van een mens worden bepaald door aanleg, krijg je bij geboorte mee (bijv. de kleur van je haar/ talent voor muziek)

Nurture > ‘opvoeding’: alle eigenschappen van een mens worden bepaald door zijn omgeving. (het gezin, de school of de tijd waarin je opgroeit
 Is het gedrag van de mens een gevolg van genetische aanleg of van opvoeding?

Maar daarnaast ook de inbreng van de persoon zelf. > Zelfbepaling van de mens (zelf richting geven aan jouw leven)

Dit zijn de drie belangrijke Ontwikkelingsfactoren die elkaar beïnvloeden



Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

4 belangrijkste theorieën m.b.t de verklaring van de ontwikkeling 
1. Psycho-analyse > De bekendste theorieën van de psychoanalyse zijn die van Sigmund Freud en Erik Erikson.
Volgens Freud bepalen onbewuste krachten iemands persoonlijkheid of gedrag.
Daarnaast zegt hij dat  kinderen de volgende vijf stadia na elkaar doorlopen: het orale, anale, fallische, latente en genitale stadium, de ieder stadium ken zijn erogene zones. 
Volgens Freud is een gezonde ontwikkeling van de mens pas mogelijk als elk stadium succesvol is afgerond., is dit niet het geval dan zal er sprake zijn van fixatie

Vb > In het orale stadium is de mond de erogene zone. Als een persoon een probleem in dit stadium niet oplost, zal hij in deze fase blijven vastzitten. Als volwassene kan hij dan voortdurend bezig zijn met orale activiteiten zoals praten, nagelbijten of roken.

Psycholoog Erik Erikson nam de vijf ontwikkelingsstadia uit Freuds psychoanalytische theorie als uitgangspunt. Volgens Erikson krijgen mensen in elk stadium te maken met een crisis of conflict.
afhankelijk van of je de crisis overwint of niet leidt dit tot het ontwikkelen van verschillende eigenschappen

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2.  behaviorisme
 De omgeving bepaalt hoe iemand zich gedraagt
Ons gedrag verandert door wat je meemaakt of leert> zogenoemde conditionering:
Klassieke conditionering(filmpje ): De wetenschapper Ivan Pavlov deed een experiment waarin klassieke conditionering duidelijk zichtbaar wordt. 
 operante conditionering.> Hierbij wordt een reactie in een bepaalde situatie gevolgd door een beloning of door een straf.> Het aanleren van gedrag is volgens psycholoog Skinner dus een kwestie van belonen en straffen.

Een beloning vergroot de kans dat iemand het gedrag herhaalt.


Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

3. De cognitieve psychologie
Het gaat hier om alles wat met denken te maken heeft:
Deze psychologen  richten zich op denkprocessen zoals waarnemen (zien, horen, ruiken of voelen) en onthouden.
 De sociaal-emotionele ontwikkeling wordt volgens deze theorie bepaald door de cognitieve mogelijkheden van het kind ->  de ontwikkeling van het samenleven met anderen (sociaal) en het kunnen omgaan met de eigen gevoelens en die van een ander (emotioneel). 

De cognitieve ontwikkelingstheorie van de Zwitserse psycholoog Jean Piaget is nog altijd belangrijk. (lees Learnbeat!)
 Veel van zijn denkbeelden vormen nog steeds de basis voor de kinderpsychologie.


Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

4. De systeemtheorie
De systeemtheorie legt de nadruk op de voortdurende wisselwerking tussen interne factoren (de aangeboren intelligentie) en externe factoren (invloeden van de omgeving). 
Je kunt de mens niet los zien van zijn omgeving.
De ontwikkelingspsycholoog Lev Vygotsky ontwikkelde de socioculturele theorie. >  de ontwikkeling van het denken als resultaat van sociale interacties (hoe mensen met elkaar omgaan).


Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

14.8 C  Ontwikkelingsgebieden
Bij een normale ontwikkeling doorloopt een kind alle fasen van zuigeling naar volwassenheid. 

ontwikkelingsgebieden: lichamelijk, emotioneel, sociaal, taal en denken (cognitief). 
Ze beïnvloeden elkaar en de groei van het kind. 
Gaat alles goed , dan verloopt het proces normaal en zijn er geen problemen in de psychomotorische ontwikkeling -> denken en bewegen gaan dn samen (denk aan lezen en schrijven)

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

welke van de volgende factoren is GEEN biologische factor die van invloed is op de lichamelijke ontwikkeling van een kind
A
genetica
B
voeding
C
leefomgeving
D
gezondheid

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Lichamelijke ontwikkeling
De lichamelijke ontwikkeling van een kind houdt in dat de verschillende lichaamsdelen groeien en dat het kind zijn lichaam steeds beter leert gebruiken.

Consultatiebureau  houdt de lichamelijke ontwikkeling bij door de lengte, het gewicht en de schedelomtrek van de baby te meten. Ze doen dit om een eventuele groeistoornis zo vroeg mogelijk te vinden.
De lengte van kinderen van 0 tot 4 jaar wordt regelmatig gemeten.
 De lengte en het gewicht van schoolkinderen wordt gecontroleerd als ze 5, 9 en 12 jaar oud zijn. 
Kinderen met groeiproblemen worden vaker onderzocht.> Een grote of plotselinge afwijking van de gemiddelde waarden kan op een groeistoornis wijzen.

Slide 16 - Diapositive

Oorzaak voor groeistoornis

*het milieu van het kind
*een ernstige ziekte (bij herstel volgt meestal een inhaalgroei)
*medicijngebruik (bijvoorbeeld prednison, dat de groeihormonen remt)
wat kan een mogelijke oorzaak zijn van groeiachterstand bij kinderen?
A
genetische aanleg
B
overmatige lichaamsbeweging
C
onvoldoende voeding
D
alle bovenstaande antwoorden

Slide 17 - Quiz

de groeihormonen spelen  een belangrijke rol bij de lengtegroei van het kind. Groeihormonen worden gemaakt in een deel van de hersenen (de hypofyse). Als er een tekort aan groeihormonen is, kan dwerggroei ontstaan. 
waarom wordt het gewicht van een kind regelmatig gecontroleerd op het consultatiebureau?
A
om te controleren of het kind voldoende slaapt
B
om te bepalen of het kind voldoende drinkt
C
om de groeicurve en eventuele afwijkingen snel op te merken
D
om te controleren of het kind voldoende speeltijd heeft

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

welke factoren kunnen van invloed zijn op een afwijking in de gewichtstoename bij kinderen ?

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

en dan nog even dit:
Bij de geboorte kan er al sprake zijn van ondergewicht of dysmaturiteit. 
Een dysmatuur kind weegt minder dan je verwacht gezien de zwangerschapsduur.

Oorzaken voor dysmaturiteit kunnen zijn:
intra-uteriene (in de baarmoeder) infecties
roken
een slecht werkende placenta (moederkoek)
Bij een te vroeg geboren (prematuur) kind zijn bijna alle functies onderontwikkeld. De couveuse neemt dan de taak van de baarmoeder over. Een prematuur kind heeft altijd ondergewicht.
overgewicht :
 te veel calorieën 
een afwijking in het hormonaal evenwicht.


Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schedelomtrek
wordt tijdens  het 1e levensjaar regelmatig gemeten
Bij de geboorte is de schedelomtrek 30 tot 35 centimeter en aan het einde van het eerste levensjaar ongeveer 47 centimeter. 
Op tienjarige leeftijd is de hoofdomtrek ongeveer 53 centimeter.
Op volwassen leeftijd 55 tot 58 centimeter.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

emotionele ontwikkeling
Naast een lichamelijke ontwikkeling doorloopt het kind ook een emotionele en sociale ontwikkeling.
De emotionele ontwikkeling van het kind houdt in:
*een toename van het zelfbewustzijn
*de ontwikkeling van gevoelens voor anderen
*de ontwikkeling van het zelfbeeld 
Het  verloopt niet bij alle kinderen zonder problemen. De volgende factoren hebben hierop invloed:
emotionele behoeften
het gezin
ziekte

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn enkele van de belangrijkste emotionele behoeften van een kind?
A
Liefde en genegenheid
B
erkenning en acceptatie
C
geborgenheid
D
alle genoemde antwoorden

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat betekent geborgenheid?
A
het gevoel van zich zeker en veilig voelen
B
het gevoel van acceptatie
C
het gevoel van boosheid ervaren
D
het gevoel van respect ervaren

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een afweermechanisme om je te beschermen tegen emotionele problemen ?
A
regressie
B
verdringing of ontkenning?
C
projectie
D
alle drie genoemde antwoorden

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

uitleg bij de antwoorden
Regressie is een terugval naar een eerdere fase van de levensontwikkeling.(vb bedplassen)
Verdringing is doen alsof bepaalde vervelende gebeurtenissen niet hebben plaatsgevonden.(fantasiewereld creëren)
Projectie houdt in dat je denkt dat een ander dezelfde behoeften en verlangens heeft als jij. 

Als er te weinig of geen aandacht is voor de emotionele behoeften van een kind, kan dit later psychische problemen geven. (dit kun je afleiden uit het gedrag van een kind-> vaak driftig, agressief of juist heel erg in zichzelf gekeerd)


Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

sociale ontwikkeling
Begint al bij de geboorte. 
Hoe het kind zich ontwikkelt, hangt af van de veiligheid van de omgeving en de hoeveelheid liefde, aandacht en steun van de ouders.
Belangrijke aspecten voor deze ontwikkeling zijn:
Relaties met anderen:> Problemen in de relatie met anderen kunnen ontstaan door:
een gestoorde hechting (kan komen door problemen tijdens of na de zwangerschap,)
een (tijdelijke) scheiding van de ouders
Socialisatie ( het proces waarbij kinderen de manier van leven, de taal en het gewenste gedrag aanleren van de gemeenschap waarin ze leven). Manieren om gewenst gedrag aan te leren zijn: belonen en straffen, imiteren en het ontwikkelen van sociale vaardigheden (voorwaarde om dit goed te ontwikkelen is een positief zelfbeeld

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

welke van de volgende is een voorbeeld van een sociale vaardigheid
A
voor jezelf opkomen
B
interesse tonen in anderen
C
omgaan met kritiek
D
alle genoemde antwoorden.

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk 
.Lees 14.8 B en C(m.n. paragraaf 7)  nog eens goed door alles is niet door mij besproken
maak de opdrachten van deze hoofdstukken (Ben C)
In de herfstvakantie kun je alle achterstallige opdrachten maken 

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions