1K CH3 Learning new words (B)

1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 25 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Words
Words
Words

Slide 2 - Diapositive

How do you learn words?

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Diapositive

Aanpak woordjes leren - talen
Per slide een aantal tips hoe je het beste woordjes/zinnen kunt leren voor de talen. 

Studiebegeleiding

Slide 5 - Diapositive

Stap 1
Opschrijven/uitspreken

- Schrijf de woorden/zinnen op in je schrift.
- Beluister de uitspraak van de woorden via de methodewebsite/slim stampen etc.

Slide 6 - Diapositive

Stap 2
Leren
Leer de woorden/zinnen beide kanten op. 
Bijvoorbeeld bij Engels > EN-NE en dan NE-EN

Verwerk de leerstof actief en lees het niet alleen een paar keer door. De volgende slides bevat een aantal manieren om de leerstof actief te verwerken. >>>

Slide 7 - Diapositive

Voorbeelden actief verwerken
- flashcards/flitskaarten maken (papier/digitaal via quizlet).
- woordenweb maken.
- schrijf een verhaal met de nieuwe woorden/zinnen.
- woorden/zinnen opschrijven en de moeilijke woorden/letters een andere kleur geven. 
- oefenen met quizlet.

Slide 8 - Diapositive

Stap 3
Overhoren
Als je denkt de nieuwe woorden/zinnen te kennen, ga jezelf dan overhoren. 
Dat kan op verschillende manieren:
- op papier/papieren flitskaarten.
- digitaal via slim stampen/quizlet.


Slide 9 - Diapositive

Stap 4
Herhalen herhalen herhalen
Blijf woorden/zinnen die je eerder hebt geleerd herhalen in de weken daarna. 
Je dient een nieuw woord/zin meer dan één keer te leren om het te kunnen onthouden.

Herhaal bv elke dag bv 5 woorden/zinnen van een taal.

Slide 10 - Diapositive

Extra tips
- Deel de leerstof op in kleine stukken, bijvoorbeeld 5 woorden/zinnen per dag. 
- Verdeel de leerstof over de dagen en gebruik de laatste dag voor een toets om alles te herhalen.
- Wissel leren af met maakwerk.
- Verbind de woorden/zinnen zoveel mogelijk met iets wat je al kent.

Slide 11 - Diapositive