Dichtheid

Dichtheid
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NaskMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Dichtheid

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen
Huiswerk bespreken
herhaling vorige lessen
uitleg rekenen met dichtheid
opdrachten maken

Slide 2 - Diapositive

Huiswerk
Zijn er nog vragen?

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Wat is het Volume van voorwerp A
A
12 cm³
B
64 cm³
C
46 cm³
D
16 cm³

Slide 5 - Quiz

Wat is het volume van voorwerp B
A
0,72 dm³
B
0,72 cm²
C
1,8 dm²
D
0,12 dm²

Slide 6 - Quiz

Wat is het volume van voorwerp C
A
60 cm³
B
60 dm³
C
600 cm³
D
600 dm³

Slide 7 - Quiz

Wat is het volume van voorwerp D
A
7,8 dm³
B
7,8 cm³
C
0,078 dm³
D
78 cm³

Slide 8 - Quiz

Wat is het volume van voorwerp E
A
864 cm³
B
8,64 dm³
C
864 cm²
D
864 cm

Slide 9 - Quiz

Het omrekenen
Wie had hier problemen mee?

Slide 10 - Diapositive

Wat zijn de stofeigenschappen?
A
geur en massa
B
geur en brandbaarheid
C
geur en vorm
D
vorm en massa

Slide 11 - Quiz

Wat is de definitie van een mengsel? Een mengsel...
A
bestaat uit een soort moleculen.
B
bestaat uit meerdere soorten moleculen.
C
bestaat uit meerdere moleculen.

Slide 12 - Quiz

Schone lucht is een
A
mengsel
B
zuivere stof

Slide 13 - Quiz

Als ik twee zuivere stoffen met elkaar meng krijg ik een
A
mengsel
B
zuivere stof

Slide 14 - Quiz

Een oplossing is altijd
A
Kleurloos
B
Troebel
C
Helder
D
Wit

Slide 15 - Quiz

Modder is een
A
oplossing
B
suspensie
C
emulsie
D
geen van drieen

Slide 16 - Quiz

Zeewater is een ...
A
Suspensie
B
Emulsie
C
Oplossing
D
Legering

Slide 17 - Quiz

Een suspensie is een:
A
Mengsel van twee vloeistoffen
B
Oplossing
C
Zuivere stof
D
Mengsel van een vaste stof en een vloeistof

Slide 18 - Quiz

Welke scheidingsmethode wordt gebruikt bij koffiezetten
A
extraheren
B
filtreren
C
oplossen
D
koken

Slide 19 - Quiz

Hoe heet de prut die in het filter achterblijft ?
A
residu
B
oplossing
C
filtraat
D
suspensie

Slide 20 - Quiz

Hoe heet de koffie zelf die na het filtreren in de kan zit ?
A
oplosmiddel
B
filtraat
C
residu
D
extractiemiddel

Slide 21 - Quiz

Het oplosmiddel is bij koffiezetten
A
koffiebonen
B
water

Slide 22 - Quiz

Wat zijn de eenheden van massa en volume?
A
massa (g), volume (cm^3)
B
C
massa (cm^3), volume (g)

Slide 23 - Quiz

Waar staat een juiste formule van dichtheid?
A
dichtheid = massa / volume
B
dichtheid = massa x volume
C
dichtheid= volume/ massa
D
dichtheid = massa x volume

Slide 24 - Quiz

Chromebook mag dicht

Slide 25 - Diapositive

Zinken, drijven en zweven
Wie kan mij het verschil vertellen?

Slide 26 - Diapositive

Zinken, drijven en zweven
Zoek op in je boek
de dichtheid van water
dichtheid van ijzer
dichtheid van ijs
dichtheid van hout

Slide 27 - Diapositive

Zuidschrift
Is de dichtheid van een voorwerp kleiner dan de dichtheid van de vloeistof dan drijft deze.
Is de dichtheid van een voorwerp groter dan de dichtheid van de vloeistof dan zinkt deze.
Is de dichtheid van een voorwerp gelijk aan de dichtheid van de vloeistof dan zweeft deze.

Slide 28 - Diapositive

Huiswerk
maken opdrachten
5 t/ m 8
en voor wie van een uitdaging houdt 
de rest

Slide 29 - Diapositive