Herhaling BS5.1 t/m BS5.3 (1KGTb)

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Waarnemen, huid, oren en ogen

Deze les:

• Herhaling waarnemen 
  
• Herhaling huid
  

• Herhaling oren
  
• Herhaling ogen
• Zelfstandig werken

Vragen tijdens vragenmoment

Lesdoel (herhaling):

• Je kunt de werking van zintuigen beschrijven.
  
• Je kunt de zintuigen noemen met hun ligging en prikkels.
  
• Je kunt de bouw en functie van de huid beschrijven.
  
• Je kunt de delen van de oren benoemen met hun functie.
  
• Je kunt de delen van de ogen benoemen met hun functie.
  

Vragen over het huiswerk?

Waarnemen

Waarnemen

Om je omgeving waar te nemen gebruik je zintuigen.

Zintuig = orgaan dat reageert op invloeden uit je omgeving.

Invloed = prikkel

Zintuigen

Hebben speciale zintuigcellen die prikkels opvangen.

Sturen een impuls (elektrisch signaal) naar de hersenen, via de zenuwen.

In je hersenen wordt je bewust van de prikkels.

Zintuigen & prikkels

Geluid

Licht

Warmte

Kou

Druk

Aanraking

Geur

Smaak

Een zintuig:
Het is een orgaan dat reageert op prikkels

1. Waar
2. Nietwaar

Een zintuigcel vangt prikkels op en zet die om in impulsen

1. Waar
2. Nietwaar

Wat is geen zintuig?

1. Hart
2. Huid
3. Neus
4. Oor

Waar ontstaat een impuls?

1. in de zintuigcellen
2. in het zintuig
3. in de hersenen
4. in de prikkel

komt binnen bij je zintuigcellen

Elektrische signaaltje via een zenuw

Reactie

Respons

Prikkel

Impuls

Welke is juist

1. Reukzintuig - tong
2. Smaakzintuig - neus
3. Gezichtszintuig - oor
4. Gehoorzintuig - oor

Vragen?

De huid

Opperhuid

hoornlaag: resten van dode cellen

       --> beschermd tegen beschadiging en uitdroging

kiemlaag: levende cellen

       --> hier vormen nieuwe cellen

Lederhuid

Stuk huid met daarin allerlei belangrijke onderdelen.

Zintuigcellen

Warmtezintuigen

Koudezintuigen

Drukzintuigen (liggen diep)

Tastzintuigen (aan hoog)

Temperatuur regelen (te warm)

Je zweetklieren gaan zweet produceren, met dit vocht gaat ook warmte mee naar buiten.

Bloedvaten verwijden, waardoor je meer warmte kwijt raakt.

(Daarom ook rood wanneer je het warm hebt)

Temperatuur regelen (te koud)

Je haarspieren trekken je haren omhoog, waardoor je een isolerend laagje krijgt (kippenvel).

Rillen waardoor je warmte opwekt.

Bloedvaten vernauwen, waardoor je minder warmte kwijt raakt.

(Daarom ook witter wanneer je het koud hebt)

Lagen van de huid

Opperhuid

lederhuid

Onderhuids bindweefsel

Waar of niet waar? De hoornlaag bestaat uit dode cellen

1. Waar
2. Niet waar

Wanneer je het warm hebt zetten je bloedvaten uit.

1. Waar
2. Niet waar

De bloedvaten liggen in

1. de opperhuid
2. de lederhuid
3. het onderhuids bindweefsel

Vragen?

De oren

Buitenkant

Oorschelp

Gehoorgang

Oorlel

Noem 2 prikkels voor het oor

1. Blaffende hond
2. Gebarentaal
3. Leesboek
4. Tikkende klok

Welk onderdeel zorgt ervoor dat de druk buiten je oor en binnen in je oor even groot is?

1. Trommelvlies
2. Slakkenhuis
3. Buis van Eustachius
4. Gehoorgang

In welk deel van het oor liggen de gehoorzintuigcellen?

1. trommelvlies
2. trommelholte
3. gehoorzenuw
4. slakkenhuis

In welk deel van het oor worden prikkels omgezet in impulsen?

1. Trommelvlies
2. Gehoorzenuw
3. Slakkenhuis
4. Gehoorbeentjes

Waar dient oorsmeer voor?

1. schoonhouden van oor
2. soepel houden van trommelvlies

Vragen?

De ogen

Lens

Laat het licht door, zodat het op het netvlies kan vallen.

Zorgt ervoor dat je scherp kunt zien!

Hoe dan?

Bijziend

Dichtbij goed zien, veraf niet.

Holle lenzen

Verziend

Veraf goed zien, dichtbij niet

Bolle lenzen

Zet de woorden in de juiste volgorde.

Het licht dat je oog binnenkomt gaat langs:

-->

-->

-->

-->

glasachtig lichaam

hoornvlies

lens

pupil

netvlies

Niet alle mensen hebben dezelfde kleur ogen, welk deel van het oog bepaald de kleur?

1. netvlies
2. kleurbandjes
3. pupil
4. iris

Welk onderdeel geeft de gele rand aan?

1. netvlies
2. vaatvlies
3. de harde oogrok
4. glasachtig lichaam

Met welk deel van het oog zie je het meest scherp?

Vragen?

Zelfstandig werken

BS5.3, opdracht 2 t/m 5 en 7 maken.

Via de digitale methode!

Huiswerk

BS5.3, opdracht 2 t/m 5 en 7 maken.

Via de digitale methode!

Tot vrijdag!