5.9 meervoud vormen

5.9 meervoud vormen
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Secundair onderwijs

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

5.9 meervoud vormen

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

+ EN
hond  --> honden

boek --> boeken

Slide 3 - Diapositive

+ EN
pen --> pennen

muur --> muren

Slide 4 - Diapositive

+ EN
huis --> huizen

brief --> brieven

Slide 5 - Diapositive

Schrijf het meervoud van:
bank - man - week

Slide 6 - Question ouverte

Schrijf het meervoud van:
deur - gom - muur

Slide 7 - Question ouverte

Schrijf het meervoud van:
paard - school - kat

Slide 8 - Question ouverte

Schrijf het meervoud van:
glas - kaas - muis

Slide 9 - Question ouverte

Schrijf het meervoud van:
wolf - scherf - brief

Slide 10 - Question ouverte

Slide 11 - Diapositive

+ S
jongen  --> jongens

lepel --> lepels

kamer --> kamers

Slide 12 - Diapositive

+ S
-er, -el, -en
- ier, -eur
-je, -e
-ie


directeurs          meisjes      vakanties

Slide 13 - Diapositive

+ S
woord
uit 
andere taal


café --> cafés              ticket --> tickets

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

+ 'S
-a
-i
-o
-u
-y
auto --> auto's               baby --> baby's

Slide 16 - Diapositive

Wat is het meervoud van ...
kamer
A
kameren
B
kamers
C
kamer's

Slide 17 - Quiz

Wat is het meervoud van ...
baby
A
babyen
B
babys
C
baby's

Slide 18 - Quiz

Wat is het meervoud van ...
meisje
A
meisjen
B
meisjes
C
meisje's

Slide 19 - Quiz

Wat is het meervoud van ...
vakantie
A
vakantien
B
vakanties
C
vakantie's

Slide 20 - Quiz

Wat is het meervoud van ...
auto
A
autoen
B
autos
C
auto's

Slide 21 - Quiz

Wat is het meervoud van ...
tante
A
tanten
B
tantes
C
tante's

Slide 22 - Quiz

Wat is het meervoud van ...
tafel
A
tafelen
B
tafels
C
tafel's

Slide 23 - Quiz

Wat is het meervoud van ...
broek
A
broeken
B
broeks
C
broek's

Slide 24 - Quiz

Wat is het meervoud van ...
brief
A
brieven
B
briefs
C
brief's

Slide 25 - Quiz

+ 'S
-a, -i, -o, -u, -y
auto --> auto's  
+ S
-er, -el, -en
- ier, -eur
-je, -e
-ie


woord uit 
andere taal


+ EN
hond  --> honden
boek --> boeken


pen --> pennen


huis --> huizen
brief --> brieven

Slide 26 - Diapositive