Les 3b

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

¡Bienvenid@s!

Yo soy señora Van Reeuwijk

¿Quién eres tú?

¿Cuál es la fecha de hoy?

Hoy es _____(dag)___________

el _____(datum)__________

de _____(maand)__________

Escribe la fecha en tu cuaderno => Schrijf de datum in je schrift

¿Qué vamos a hacer hoy?

Wat gaan we doen vandaag?

1. Corregir: los deberes

2. Aprender: el verbo SER

3. ¡Trabajar y estudiar!

Los deberes para hoy

Estudiar (leren): StudyGo 1.2 + fuente H

Hacer (maken): ejercicio 19

(de luisterfragmenten staan op GC)

+ huiswerk van gisteren zelf nakijken!

Zelf nakijken

Opdracht

1. Schrijf jouw telefoonnummer op

2. Lees het in het Spaans voor aan een klasgenoot

3. Deze klasgenoot schrijft op wat hij hoort

4. Klaar? Controleer samen of het klopt

5. Wissel van rol!

Pronombres personales

Pronombres personales

In het Spaans zijn persoonlijke voornaamwoorden niet verplicht voor een persoonsvorm (werkwoord).

(yo) soy = ik ben

(tú) vas = jij gaat

Hoe komt dat, denk je?

El verbo SER

Maak aantekeningen tijdens het kijken van de video!

Wat betekent het werkwoord SER?

1. heten
2. zijn
3. gaan
4. noemen

Nosotrossomos

Yo soy 

Ellos/ellas son 

tú eres 

él/ella es

Vosotros sois 

Wij zijn 

jij bent

ik ben

Hij/zij is 

Zij zijn 

Jullie zijn 

¿entendido?  =  begrepen?

vervoeg het ww SER op de juiste manier:

1. Mi madre ________ muy guapa.     Mijn moeder is erg knap.

2. Las chicas _______ amigas.            De meisjes zijn vriendinnen.

3. Pablo y yo ___________ vecinos.    Pablo en ik zijn buren.

4. ¿Juan y tú _________ amigos?        Zijn Juan en jij vrienden? 

5. Pablo y Juan _______ hermanos.  Pablo en Juan zijn broers.   

Los deberes para el miércoles

Estudiar (leren): StudyGo 1.2 + fuente J

Hacer (maken): ejercicio 24, 25 y 26 

(libro de ejercicios, p. 22-23)

Oefenen met werkwoord SER

1. Werkwoord SER:

Oefening 1 

Oefening 2 

Oefening 3 

2. Persoonlijke voornaamwoorden:

Oefening 1 

Oefening 2 

Oefening 3