Rekenen decimale getallen 2f afronden en rekenen met negatief en positief.

Rekenen 2f: Afronden en rekenen met negatieve getallen.
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
WelzijnMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Rekenen 2f: Afronden en rekenen met negatieve getallen.

Slide 1 - Diapositive

Afronden van decimale getallen, hoe zat dat ook alweer
Bekijk eerst het filmpje. 

Slide 2 - Diapositive

Nu in een voorbeeld.
5,2635
afgerond op een heel getal: 5
(eerste decimaal is een 2)
afgerond op één decimaal: 5,3
(tweede decimaal is een 6)
afgerond op twee decimalen: 5,26
(derde decimaal is een 3)
afgerond op drie decimalen: 5,264
(vierde decimaal is een 5)




Slide 3 - Diapositive

Waarom is volgens jou afronden handig?

Slide 4 - Question ouverte

Maar hoe pas je dit toe?
Ga na waarop je moet afronden.
Kijk naar het eerstvolgende getal/decimaal.
Bij een getal van 4 of lager rond je af naar beneden.
Bij een getal van 5 of hoger rond je af naar boven.

Slide 5 - Diapositive

Hoeveel kost 500 gram tomaten? Als 100 gram 0,89 kost? Rond af op 2 decimalen.

Slide 6 - Question ouverte

Aan de slag met paragraaf 3.4

Slide 7 - Diapositive

Optellen en aftrekken van negatieve getallen?
Negatieve getallen kun je bij elkaar optellen en van elkaar aftrekken.

Het minteken kan twee dingen betekenen:
– Je hebt te maken met een negatief getal (bijvoorbeeld −5).
– Je moet twee getallen van elkaar aftrekken (bijvoorbeeld 5 − 8 = −3).

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Nog een voorbeeld!

Slide 10 - Diapositive

Aan de slag met paragraaf 3.5
Klaar? Ga aan de slag met de gemengde opdrachten.

Slide 11 - Diapositive