4.6 Vorsten willen meer macht

• Geschiedenis
• Middelbare school

4.6 - Vorsten willen meer macht

Hoe heet het tijdvak waar we het nu over hebben?

1. Steden en Monniken
2. Staten en Ridders
3. Steden en Staten
4. Monniken en Ridders

Welk tijdvak behandelen we nu?

Wat was het leenstelsel?

1. Een stelsel waarbij een leenheer land uitleende aan horigen
2. Een stelsel waarbij de koning zijn land onder de geestelijkheid verdeelde
3. Een stelsel waarbij een leenman zijn land aan een leenheer uitleende
4. Een stelsel waarbij een koning zijn land uitleende aan zijn ridders

Waarom viel het leenstelsel uit elkaar?

Wat zijn de belangrijkste mensen in de Middeleeuwen?

Een bisschop is een

1. Leider van een kerk
2. Leider van een kerkprovincie
3. Leider van de paus
4. Een persoon die heilig is verklaard

Lesdoelen

- Je kan uitleggen waarom de Koning en de Paus ruzie hadden

- Je kan uitleggen wat centralisatie is en waarom dat de macht van de koning vergroot

-

Lesdoelen

- Je kan uitleggen waarom de Koning en de Paus ruzie hadden

- Je kan uitleggen wat centralisatie is en waarom dat de macht van de koning vergroot

-

Koning Hendrik IV van Duitsland

Paus Gregorius VII

Wie mag de bisschop benoemen?

Veel invloed over een gebied

Koning: hield land in handen

Paus: zijn kerkelijk zaken dus ik benoem

Lesdoelen

- Je kan uitleggen waarom de Koning en de Paus ruzie hadden

- Je kan uitleggen wat centralisatie is en waarom dat de macht van de koning vergroot

-

Waar denk je aan bij het woord centralisatie?

Centraal bestuur

• zelfde regels en wetten hele land
• bestuur vanuit hoofdstad
• belasting centraal organiseren
• ambtenaren
• huurleger

Vanaf de 13e/14e eeuw willen vorsten de macht van de adel en leenmannen verkleinen = start centralisatie

Waarom verliep de centralisatie lang niet altijd makkelijk?

1. Niet alle leenmannen snapten de regels
2. Machtige edelen wilden hun macht niet opgeven
3. Steden wilden hun eigen belastingen blijven bepalen
4. Steden konden ook huurlegers inhuren

Zet de ontwikkelingen in de juiste volgorde in de tijd

1

2

3

4

Steden krijgen stadsrechten

vorsten gaan centraliseren

opkomst handel en steden

opkomst sterke staten

Aan het werk

• Nakijken 4.5 
• Maken 4.6 
• De eerste tien minuten is het stil!!