H3 SO examenidioom un.4, 5, 6; oefenen repetitie ch3

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

bienvenue à la classe de français

voor-bereiding toetsen m.b.v. leerdoelen!

(zie bij 'vakken' in SOMtoday)

Bijlage downloaden

hier staat wat je leert deze week (het leerdoel)

hier staat wat je deze week kunt doen om het 'leerdoel' te halen. Gebruik de bijlage om de bijbehorende opdrachten en leerstof te zien

dit doen we bij kwt

Wat doen we vandaag?(check in jouw overzicht)

• leerdoel 2 t/m 9
• leerdoel 1

dussss...

les buts du cours

• 1. ik ken de vocabulaire bij de thema's wonen, hoeveelheden en landschap
  
• 2. t/m 9. ik beheers chapitre 3 zó dat ik een voldoende voor de repetitie haal

werkboek/ Quizlet/ slim stampen 

ABEFH: woordjes NF/ FN

Klaar met alles? Oefentoets!

tekstboek/ Quizlet/ slim stampen

D: phrases-clés (NF/FN)

C: le futur simple

G: le verbe 'connaître'

I: poser une question

Wat ga jij doen de rest van de les?

graag extra hulp bij de futur simple

graag extra hulp bij het werkwoord connaître

graag extra hulp bij het stellen van vragen

oefenen voor de repetitie mbv slim stampen

oefenen voor de repetitie mbv Quizlet

oefenen voor de repetitie mbv de boeken

afmaken van de opdrachten mbv checklist leerdoelen

de oefentoets maken

SO exid 4, 5, 6

• online via Learnbeat
• camera op tafel gericht
• tafel leeg
• mobiel in de lucht, daarna uit het zicht
• camera aanhouden
• let op: 1 kans per woord!
• let op: niet wisselen van tabblad (ook niet naar Meet!)

Klaar?

- oefen voor de repetitie (slim stampen, oefentoets)

- kruis aan wat je klaar hebt (leerdoeloverzicht)

dussss...

les buts du cours

• 1. ik ken de vocabulaire bij de thema's wonen, hoeveelheden en landschap
  
• 2. t/m 9. ik beheers chapitre 3 zó dat ik een voldoende voor de repetitie haal

ik heb de SO goed gemaakt

😒🙁😐🙂😃

Ik ga een voldoende halen voor de repetitie chapitre 3, omdat ik al goed aan het leren ben

😒🙁😐🙂😃

3C. répéter les verbes réguliers

onregelmatige werkwoorden

Tu (choisir) ___________ quelles matières?

1. choisis
2. choisiras
3. as choisi
4. choisissais

Je (discuter) ___________ avec mes parents, ce soir ou demain.

1. discute
2. discuterai
3. ai discuté
4. discutais

3C. répéter les verbes irréguliers

onregelmatige werkwoorden

Qu'est-ce que tu (faire) ______ plus tard?

1. fais
2. fairas
3. ferais
4. feras

J'espère que le confinement (être) _________ vite passé.

1. est
2. était
3. sera
4. a été

tb blz. 41 of

aant

3G

Je ne (connaître, présent) ___________ presque personne dans notre classe.

1. connais
2. connaît
3. as connu
4. connaissais

Cindy ___________ (connaître, imparfait) déjà deux filles ici.

1. connaît
2. connaissait
3. a connu
4. connais

Nous ____________ (connaître, p.c.) tous les élèves de havo 3.

1. connaissons
2. connaîtrons
3. avons connu
4. ont connu

J'irai à Madagaskar et je _____________ (connaître, futur simple) ce pays.

1. connais
2. connaîtrai
3. connaissais
4. ai connu

Maak de zin vragend:

Tu aimes jouer au foot

1. Tu aimes jouer au foot?

2. Est-ce que tu aimes jouer au foot?

(3. Aimes-tu jouer au foot?)

Gebruik een vraagwoord, bijv.

Où?

1. Où est-ce que tu aimes jouer au foot?

2. Tu aimes jouer au foot où?

(3. Où aimes-tu jouer au foot?)

maak aantekeningen!

3 I