6.5 Sociaal gedrag

timer
3:00
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

timer
3:00

Slide 1 - Diapositive

6.5 sociaal gedrag bij dieren
Leerdoelen:
6.5.1 Je kunt uitleggen wat sociaal gedrag is en hoe dit gedrag de overlevingskansen van organismen beïnvloedt.
6.5.2 Je kunt uitleggen hoe sociaal gedrag evolueert.

Slide 2 - Diapositive

Sociaal gedrag
  • = gedrag van soortgenoten ten opzichte van elkaar.

  • Handelingen van individu = signalen voor anderen.
  • Het is eigenlijk gewoon communiceren

Slide 3 - Diapositive

Signalen
Bij sociaal gedrag zijn signalen die individuen afgeven aan elkaar heel belangrijk

Signalen dienen als prikkels in sociaal gedrag en maken informatieoverdracht (communicatie) mogelijk

Slide 4 - Diapositive

Signalen
Signalen kunnen worden afgegeven via:
  1. Geuren
  2. Kleuren
  3. Geluiden
  4. Houdingen
  5. Gebaren

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Samenlevingsvorm
- solitair (Tijgers)
- paren (vissen, vogels, zoogdieren)
- groepen (insecten, vissen, vogels, zoogdieren)

waar binnen valt de mens biologisch gezien? 

Slide 7 - Diapositive

Vormen van sociaal gedrag

  • Samenlevingsvorm
  • Voortplantingsgedrag (balts/bronst)
  • Territoriumgedrag
  • Conflictgedrag (overspronggedrag) 
  • Rangorde (pikorde)

Slide 8 - Diapositive

Balts = gedrag voor het paren 
bronst = periode van paringsbereidheid
Functie Balts:
- opvallend en trekt daardoor partners aan
- vergroot de bereidheid 
tot paren
- verlaagt motivatie tot agressief gedrag
- paarband versterken

- soortspecifiek: voorkomt dat verschillende soorten met elkaar gaan proberen voortplanten

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Territoriumgedrag en conflictgedrag.
  • Territorium --> voedsel en ruimte om nakomelingen groot te
      brengen. --> Dreiggedrag

  • Conflictgedrag = Gedrag als de motivatie voor twee verschillende gedragssystemen even groot is 
  • Voorbeeld van conflictgedrag: Oversprong gedrag

Slide 11 - Diapositive

OVERSPRONGGEDRAG
Ook mensen hebben overspronggedrag!

Bijvoorbeeld op je hoofd krabben als je niet weet wat je moet doen...

Slide 12 - Diapositive

Overspronggedrag
Wanneer dreiggedrag lang duurt kan overspronggedrag optreden. 

Ze kunnen niet kiezen tussen aanvallen en vluchten. 

Laten gedrag zien dat 'niet passend' is bij de situatie. 

Slide 13 - Diapositive

Rangorde 
  • Conflicten voorkomen  
  • --> Dreig- en imponeergedrag (giraffe)
  • --> Verzoeningsgedrag (baviaan)

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Dit is een voorbeeld van..
A
dreiggedrag
B
overspronggedrag
C
baltsgedrag
D
omgericht gedrag

Slide 16 - Quiz

Territorium - Territoriumgedrag
Wat is NIET waar?

A
Een territorium is een eigen leefgebied
B
De grenzen van een territorium worden afgebakend
C
Vooral vrouwtjes bewaken het territorium
D
Het territorium wordt verdedigd door te dreigen en evt. te vechten is territoriumgedrag

Slide 17 - Quiz

Maken opdrachten Huiswerk
6.3: alle opgaven of minimaal: 35, 37, 38, 40
6.4: alle opgaven of minimaal: 44, 45, 47, 50, 52, 53 en 54
6.5: alle opgaven of minimaal: 58, 60, 63, 65, 66
Hoe? alleen, in stilte maar je maakt het in je eigen schrift
Vragen? Steek je vinger op


Slide 18 - Diapositive

Twee katers die hevig naar elkaar dreigen, gaan plotseling beide hun vacht schoonlikken.

Hoe heet het gedrag dat de katten dan vertonen?
A
imponeergedrag
B
overspronggedrag
C
omgericht gedrag
D
ambivalent gedrag

Slide 19 - Quiz

Bij veel dieren die in groepen leven is er sprake van een rangorde. Wat is een rangorde?
A
De volgorde van dieren van oud naar jong
B
De volgorde waarin dieren mogen eten
C
Het oudste dier is de baas
D
Ieder dier kent zijn plaats

Slide 20 - Quiz

Hoe heet het gedrag wat je vertoont (naar een organisme in een hogere orde) om een conflict te vermijden
A
overgeefgedrag
B
imponeergesdrag
C
statengedrag
D
verzoeningsgedrag

Slide 21 - Quiz

Bas heeft zijn 4 kippen geobserveerd om te kijken wie elkaar pikt. Zijn resultaten:
*kip 1 pikt kip 4
*kip 2 pikt kippen 1, 3 en 4
*kip 3 pikt kip 1 en 4
Wat is de rangorde in de ze groep?

A
kip 2 staat boven aan de rangorde, kip 4 onderaan
B
kip 4 staat boven aan de rangorde, kip 2 onderaan
C
de volgorde in rangorde is kip 3, 4, 2 en als laatste 1
D
de volgorde in rangorde is kip 2, 4,3 en als laatste 1

Slide 22 - Quiz