§5.4 - Liberalen, socialisten en confessionelen

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Burgers en stoommachines

paragraaf 5.4 Politieke stromingen

Leerdoel

Aan het einde van deze les kunenn jullie onderscheid maken tussen drie maatschappelijk-politieke stromingen.

Politiek-maatschappelijke stromingen

1. Liberalisme
2. Feminisme
3. Socialisme
4. Communisme
5. Conservatisme
6. Confessionalisme

Liberalisme

• Persoonlijke vrijheid
  
  
• Passieve rol van de overheid: zo min mogelijk bemoeien met de mensen
  
  
• Weinig regels voor de economie

Feminisme

• Vrouwen die opkomen voor de (gelijke) rechten van de vrouw
• Zoals kiesrecht en het worden toegelaten op universiteiten

Socialisme

• Het socialisme wilde betere arbeidsomstandigheden voor fabrieksarbeiders
  

• Karl Marx bedacht het socialisme, hij wilde dat de maatschappij geen klassen en standen meer had
  

Communisme

• Tak van socialisme
• Alles is eigendom van de staat.
• Arbeiders zijn de baas -> ze willen revolutie!

Elf uur werken achter elkaar is goed te doen hoor. Een wever die tien uur heeft gestaan, is aan het eind van de dag iets vermoeider dan aan het begin van zijn dienst. Maar dat heeft geen invloed op de productie.

Dolle Mina is een passende naam voor de sinds gisteren snel groeiende beweging. De naam is gekozen vanwege de bijnaa van Wilhelmina Drucker. Dolle Mina heeft veel eisen. Er moet bijvoorbeeld meer kinderopvang komen. Dolle Mina heeft nog veel meer wensen.

In 1865 brak bij koeien in Nederland de veepest uit. Deze ziekte is besmettelijk en dodleijk voor koeien. Minister Thorbecke zei toen dat de bestrijding van de veepest door de boeren zelf geregeld moest worden en niet door de regering.

Wij strijden voor gelijkheid. Dat kunnen we alleen bereiken door met geweld te demonstreren!

Socialisme

Liberalisme

Communisme

Feminisme

huiswerk:

Leren: §5.4

Maken: §5.4 opdr. 2, 3, 4

Klaar?

• Samenvatten §5.4
• Maken: test jezelf: opd. 1, 2, 3, 4
• Maken: digitale toets §5.4
• Nakijken: §5.3

Burgers en stoommachines

paragraaf 3.4 Politieke stromingen

Leerdoel

Aan het einde van deze les kunenn jullie onderscheid maken tussen drie maatschappelijk-politieke stromingen.

Confessionalisme

• Politieke stroming waarbij men uitgaat van het geloof:
  

1. Katholicisme
   
2. Protestantisme
   

Links - rechts

huiswerk:

Leren: §5.4

Leren: blz. 156-157

Maken: §5.4 opdr. 2, 3, 4

Klaar?

• Samenvatten §5.4
• Maken: test jezelf: opd. 5,6
• Maken: digitale toets §5.4
• Nakijken: §5.3

Burgers en stoommachines

paragraaf 3.4 Politieke stromingen

Politieke stromingen

Liberalisme: VVD, D'66

Socialisme: PvdA, SP

Confessionalisme: SGP, CU, CDA

Linkse partijen:

SP, PvdA, GroenLinks

Centrumpartijen:

D'66, CDA

Rechtse partijen:

VVD, SGP