Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 15 min
Éléments de cette leçon
Direct Speech + Indirect Speech
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Direct speech (directe rede)
= Als je letterlijk opschrijft wat iemand zegt tussen Aanhalingstekens
“Were you scared?” Dan said: “It is an unbelievable story.”
Slide 4 - Diapositive
Indirect speech (indirecte rede)
= Als je omschrijft wat iemand heeft gezegd of gedacht zonder aanhalingstekens
She asked him if he was scared. He said that it was an unbelievable story. She asks if I have a girlfriend.
Slide 5 - Diapositive
Indirect speech
Let op de vorm van werkwoorden bij indirect speech Als ‘he asked, she said, he told me’ etc. in de verleden tijd staat, moet de rest van de zin ook in de verleden tijd
She asked if he was scared He said that it was an unbelievable story