Via Starttaal 2F woordenschat en beeldspraak

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Woordenschat 2F

Vul het woord in dat qua betekenis het beste in de zin past.

Omdat Richard zijn baan verloor kreeg hij moeite met het betalen van zijn …

1. hypotheek
2. specificatie
3. congres
4. beginsel

Een zwangerschap … veel van vrouwen en daarom moeten ze regelmatig een dutje doen.

1. arceert
2. reduceert
3. vergt
4. pleit

Ik moest vorige week … leren om dat moeilijke proefwerk te halen.

1. continu
2. achteloos
3. commercieel
4. karakteristiek

‘Als u een … van de rekening wilt hebben, dan kunt u deze telefonisch aanvragen.’

1. aspect
2. debat
3. fractie
4. specificatie

Als je iets niet kunt vinden in dat boek moet je het even in de … opzoeken.

1. privilege
2. index
3. uitlating
4. verdienste

Ter … van inbraak reden er in de vakantieperiode extra politieauto’s door de wijk.

1. preventie
2. verbond
3. prototype
4. vooroordeel

Als je …. werktijden hebt, betekent dat nog niet dat je ’s nachts op kantoor moet zijn.

1. netto
2. globale
3. variabele
4. abstracte

Er wonen… zeventien miljoen mensen in Nederland.

1. stereotiep
2. fundamenteel
3. circa
4. bankroet

Dat Mounir elke ochtend een broodje voor die zwerver koopt is een … daad.

1. neutrale
2. nobele
3. regionale
4. tegendraadse

Het scheelde maar een … , maar de brommer wist ongeschonden over het kruispunt te razen.

1. motief
2. pleonasme
3. prototype
4. fractie

Thomas is heel … : hij krijgt altijd alles voor elkaar.

1. neutraal
2. abstract
3. daadkrachtig
4. achteloos

Deze nieuwe sportauto valt helaas buiten mijn … .

1. initiatief
2. prototype
3. budget
4. verstandhouding

Nederlanders zijn verwend: nergens is zoveel … en wordt er tegelijk zoveel geklaagd.

1. medium
2. welvaart
3. auteur
4. affiniteit

De Japanse vechtsporter gebruikt allerlei … hand- en voetbewegingen om zijn tegenstander uit te schakelen.

1. netto
2. voormalige
3. lokale
4. gecompliceerde

Het … kamerlid Paul Rosenmüller presenteert tegenwoordig een televisieprogramma.

1. voormalige
2. operationele
3. relevante
4. tegendraadse

Hij wil de koop … , omdat de gekochte tv het niet doet.

1. analyseren
2. pretenderen
3. ontbinden
4. reduceren

Dankzij zijn onverwachte hulp is Rick flink in mijn … gestegen.

1. achting
2. diversiteit
3. prioriteit
4. aspect

Omdat de journalisten allemaal tegelijk een interview wilden met de bondscoach, werd besloten een … te houden.

1. aspiratie
2. autoriteit
3. initiatief
4. persconferentie

Aan de … van zijn woorden kon ik merken dat hij een grapje maakte.

1. intonatie
2. oogmerk
3. instituut
4. fusie

Met een … verschil in punten won de zwaargewicht de bokswedstrijd.

1. regionaal
2. miniem
3. competent
4. incidenteel

Beeldspraak 2F

Kies de juiste betekenis van het spreekwoord/de uitdrukking.

Vele handen maken licht werk.

1. Er is de verwachting dat er gauw iets gaat gebeuren.
2. Zoveel energie hebben dat je alles kunt doen.
3. In iets negatiefs valt ook weer iets positiefs te vinden.
4. Als je samenwerkt ben je snel klaar.

De draad kwijt zijn.

1. Iemand het zwijgen opleggen.
2. Verlost zijn van zorgen.
3. Even slapen.
4. Niet weten hoe je je verhaal verder moet vertellen.

Water bij de wijn doen.

1. Niet goed wijs zijn.
2. Zijn uiterste best doen.
3. Een beetje toegeven.
4. Eerst nadenken, voordat je iets doet.

Het achterste van je tong laten zien.

1. Alles volledig vertellen, niets verzwijgen.
2. Je ergens niets van aantrekken.
3. Net iets teveel van het kwade, waardoor het tot een uitbarsting komt.
4. Het is moeilijker dan verwacht.

Iemand met de neus op de feiten drukken.

1. Iemand met onaangename feiten confronteren.
2. Iemand foppen.
3. Iemand wegsturen.
4. Iemand omver rijden.

Iets met een korreltje zout nemen.

1. Iets snappen zonder dat het wordt uitgelegd.
2. Iets organiseren.
3. Iets niet serieus nemen.
4. Iets met gemak doen.

Voet bij stuk houden.

1. Te werk gaan zonder met iemand rekening te houden.
2. Volhouden, niet van je standpunt af te brengen zijn.
3. Niet echt meedoen, meedoen zonder dat het telt.
4. Zich onttrekken aan iets wat men moet doen.

Een ongeluk zit in een klein hoekje. .

1. Nooit de moed opgeven, hoe slecht je er ook voor staat.
2. Een goed advies is moeilijk te vinden.
3. Blind zijn voor iets, net doen of iets niet gebeurt.
4. Een ongeluk kan iemand heel onverwacht treffen.

Voor iemand door het vuur gaan.

1. Opgejaagd worden door iemand.
2. Heel veel voor iemand over hebben.
3. In ongunstige omstandigheden verkeren.
4. Dat is zonder risico.

Er is geen vuiltje aan de lucht.

1. Hij heeft er trek in.
2. Er is niets aan de hand.
3. Hij is niet erg slim.
4. Over ruim voldoende geld beschikken.