§4.2 De Romeinse samenleving

H4 De Romeinen


4.2 De Romeinse samenleving
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H4 De Romeinen


4.2 De Romeinse samenleving

Slide 1 - Diapositive

Leerdoel

Aan het eind van deze les kun je een verschil benoemen van de manier van leven tussen rijke en arme Romeinen

en je kunt uitleggen waarom slaven belangrijk waren voor de Romeinen

Slide 2 - Diapositive

Soort samenleving:
Het Romeinse rijk had duizenden steden, maar de meeste mensen woonden op het platteland, het Romeinse rijk was dus een Landbouwstedelijke samenleving.

Slide 3 - Diapositive

Even wat voorkennis checken


Slide 4 - Diapositive

Wat was er te zien op de afbeelding?
A
Een Gladiatorenrace
B
Een grens (limes)
C
Een keizerlijke route
D
Een handelsroute

Slide 5 - Quiz

Reconstructie van een limes.
(Landgrens verdediging)
De noordgrens (limes) van het Romeinse rijk was de rivier de Rijn. Langs de rivier stonden forten (castellum) om de grens te bewaken. Van het Latijnse woord castellum stamt ons woord kasteel af. Beroemde Romeinse plaatsen langs de Rijn waren bijvoorbeeld Trajectum (Utrecht) en Noviomagus (Nijmegen).

Slide 6 - Diapositive


Rijk


  • In Rome lieten de rijken graag hun rijkdom zien aan anderen

  • Ze hadden grote luxe villa's met zwembaden, droegen mooie kleding en sommigen lieten zich zelfs rondbrengen in een draagstoel
Een Romeinse draagstoel. Het was bij rijke Romeinen gebruikelijk om half te liggen in plaats van te zitten, ook aan tafel.

Slide 7 - Diapositive


Arm


  • De meeste mensen in Roma waren arm
  • Zij woonden niet in grote luxe villa's, maar meestal in een appartement
  • De appartementencomplexen waren vergelijkbaar met een flat
  • Het was er alleen vaak erg vies en onhygiënisch omdat er geen riool aansluiting was
Een Romeins appartementencomplex

Slide 8 - Diapositive


Proletariaat


Zij die enkel kinderen (proles) bezitten

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Het Forum Romanum




                                                                                                         Yessin Ballouti
 Het Forum Romanum (Latijn voor Romeins marktplein) was in de oudheid het centrum van Rome. Het forum was in de gloriedagen van het Romeinse Rijk het politieke, juridische, religieuze en commerciële centrum van de stad.

Slide 11 - Diapositive


Brood en spelen

  • Om de Romeinse bevolking tevreden te houden zorgden de Romeinse keizers voor 'brood en spelen'
  • Meer dan 200.000 arme mensen kregen graan van de keizer
  • In het Colosseum werden spelen georganiseerd
  • Er werden o.a. toneelstukken opgevoerd, dierengevechten en gladiatorengevechten gehouden

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo


Handel


  • Binnen het grote Romeinse rijk was er veel handel
  • Handel kon goed plaats vinden vanwege de pax Romana(de periode van vrede) en vanwege een goed wegennetwerk (via romana)
  • Vooral graan was belangrijk voor Rome, dit kwam meestal uit Egypte
De Denarius was de meest gebruikte munt in het Romeinse rijk.

Slide 16 - Diapositive


Boeren


  • Veel Romeinse boeren waren hun bezittingen kwijt geraakt dankzij de vele oorlogen aan het begin van de Romeinse periode
  • Zij trokken naar de grote steden om daar een nieuw bestaan op te bouwen
  • Sommigen hadden helemaal geen bezit meer, zij werden dan proleten genoemd

Slide 17 - Diapositive


Slaven
  • De Romeinen bezaten heel veel slaven
  • De slaven verrichten veel (zwaar) werk, zoals werken op latifundia (grote landerijen), in de mijnen of aan het hof van rijke Romeinen
  • Griekse slaven waren vaak leraar van kinderen van rijke Romeinen
  • De slaven waren van groot belang voor het functioneren van de Romeinse maatschappij

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

3

Slide 20 - Vidéo

01:01
Waar staat Spartacus bekend om?
A
Hij was legerleider in Sparta.
B
Hij vermoordde een wilde leeuw in de arena.
C
Hij was leider van een gladiatoren opstand.
D
Hij was de enige gladiator die geld kreeg.

Slide 21 - Quiz

03:07
Hoe werd je een slaaf?
A
Als krijgsgevangene tewerkgesteld worden.
B
Vrijwillig aangeven om slaaf te worden.
C
Je werd uitgekozen.
D
Als je fysiek slap was.

Slide 22 - Quiz

07:25
Slaven konden zichzelf vrij kopen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quiz

Wat betekent proletariër?

A
Zij die enkel kinderen bezitten
B
Zij die geen huis bezitten
C
Zij die geen werk hebben
D
Zij die enkel hun eigen kleren bezitten

Slide 24 - Quiz

Wat gebeurde er in het Colloseum?
A
Theater voorstellingen
B
Dansen en muziek
C
Gladiatoren gevechten
D
Politieke bijeenkomsten

Slide 25 - Quiz

"Ave caesar, morituri te salutant"
Wie zeiden dit?
A
De boeren, voor ze naar het land gingen
B
Soldaten, voordat ze de oorlog in gingen
C
Slaven, voordat ze verkocht werden
D
Gladiatoren, voordat ze het gevecht aangingen

Slide 26 - Quiz

Wat betekent dat eigenlijk:
"Ave caesar, morituri te salutant"
A
Vaarwel keizer, zij die komen kijken hebben het wel weer gezien
B
Vaarwel keizer, zij die komen eten, hebben honger
C
Vaarwel keizer, zij die gaan sterven groeten u
D
Vaarwel keizer, zij die gevangen zijn zullen vechten

Slide 27 - Quiz

Wist je dat
Ons woord keizer afstamt van de naam Caesar?
Je kunt het ook horen als je het hardop zegt. Dan moet je wel de letter C als de letter K uitspreken.
Doe maar eens ...

Slide 28 - Diapositive

Gelijk een instinkertje.
Wie was ook alweer de eerste Romeinse keizer?
Julius Caesar was dictator van Rome. Maar nog voordat hij keizer kon worden werd hij vermoord door senatoren. Zijn adoptiezoon Octavianus deed het vervolgens slimmer. Octavianus werd de eerste keizer. Hij noemde zichzelf Caesar Augustus. Vanaf toen gebruikten alle keizers de erenaam Caesar. En zo is dat ook ons woord keizer geworden.
A
Caesar
B
Augustus
C
Juli
D
Salade

Slide 29 - Quiz

Waarom gaven de Romeinse keizers de bevolking 'brood en spelen'?

Slide 30 - Question ouverte

MCMXCVI

Slide 31 - Diapositive

XL + IX =
A
39
B
49
C
59
D
69

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Vidéo

De tijd is voorbij...Fijn weekend allemaal!!!

Slide 34 - Diapositive