Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Herhalingsles 2
Slide 1 - Diapositive
Vanaf de jaren 1960 individualiseerde de Nederlandse samenleving. Noteer twee gevolgen van die individualisering.
Slide 2 - Question ouverte
Bij welke zuil past deze bron? Leg je antwoord uit.
Deze bron past bij de .... zuil, want ik zie in de bron...
Slide 3 - Question ouverte
Noem twee stromingen in de jongerencultuur en geef aan welk standpunt ze hadden over de samenleving.
Slide 4 - Question ouverte
De bron hiernaast laat een pluriforme samenleving zien. - Leg uit wat een pluriforme samenleving is - Leg uit met behulp van de bron uit waarom je hier een pluriforme samenleving ziet.
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Diapositive
Zijn de uitspraken juist of onjuist? Noteer de letters A-D met telkens juist of onjuist.
Wat kun je uit de bron opmaken over de demonstrerende vrouwen?: A Dat ze feministen waren. B Dat ze wilden dat abortus werd toegestaan. C Dat ze wilden dat iedereen kon beschikken over de pil. D Dat ze wilden dat vrouwen zelf beslisten over gebruik van de pil.
Slide 7 - Question ouverte
Op de afbeelding zie je een katholieke stoet. De foto is gemaakt na 2000. Leg uit
Slide 8 - Question ouverte
Zet de feiten in de juiste tijdsvolgorde
De jongeren in Nederland hebben geld en vrije tijd om leuke dingen te doen.
Er is meer seksuele diversiteit en homo’s mogen trouwen.
In Nederland ontstaat een jongerencultuur.
Jongeren willen dat veranderingen niet meer worden tegengehouden en eisen inspraak.
Slide 9 - Question de remorquage
Geef een omschrijving van de volgende vier begrippen. - diversiteit - levensbeschouwing - pluriforme samenleving - verzuiling