3F hoofdstuk terugkijken + 9.3 t/m 9.6

• Rekenen
• MBO
• Studiejaar 2

Doelen hoofdstuk 9

-je kunt voorvoegsels bij maten uitleggen

- Je kunt verschillende meetinstrumenten aflezen

Kan het dametje met een centimeter meten

Nu de overstap naar gewicht

Ga staan van licht naar zwaar

en 

klein naar groot

Welke maten gebruiken we meestal?

Gebruik altijd dit schema!

Leer deze uit je hoofd !!!!

Eenheden van tijd

1 millennium = 1 000 jaren

1 eeuw        = 100 jaren

1 jaar         = 4 kwartalen

1 jaar         = 12 maanden

1 jaar         = 52 weken

1 jaar         = 365 of 366 dagen

1 kwartaal   = 3 maanden

1 kwartaal   = 13 weken

1 week = 7 dagen

1 dag = 24 uren

1 dag = 1 etmaal

1 uur = 60 minuten

1 uur = 4 kwartieren

1 kwartier = 15 minuten

1 minuut = 60 seconden

Hoe kom je aan het antwoord?

Kilo = 1000          mega= 1000 000      giga = 1 miljard

Bytes  - KiloBytes-     MegaBytes -    GigaBytes      -  Terra Bytes

Volt

Hertz

Bespreken

Een moderne windmolen heeft een vermogen 3 MW en levert per jaar 6,6 miljoen kWh stroom voor 2000 huishoudens. 

In Nederland zijn 7 700 000 huishoudens. 

Een huishouden gebruikt gemiddeld …….MWh stroom per jaar.

In totaal verbruikt Nederland ……………GWh.

Om deze hoeveelheid stroom te leveren heb je..............  windmolens nodig.

Een windmolen park van 150 windmolens heeft een totaal vermogen van
.....GW

  

Doel van deze les:

9.4: Je kunt een passende maateenheid kiezen

9.5: Je kunt een aantal referentiematen benoemen en toepassen.

9.6: Je kunt alle informatie in dit hoofdstuk toepassen in de opdrachten.

https:

9.4: Check in duo's (waarom dan...)

1. Eén persoon maakt de even opdrachten
2. De ander de oneven opdrachten
3. Beide klaar check elkaar werk 
4. Of...... ieder een vraag en meteen checken

Check the check(er)

referentiematen en schattend rekenen

Referentiematen

De onderstaande maten moet je zonder toelichting (!) kunnen toepassen:

In opgaven met het doel te toetsen of je de meest gangbare referentiematen kunt hanteren wordt meestal geen afrondinstructie gegeven. De juiste antwoorden vallen dan binnen een antwoordmarge passend bij de juiste en reële schattingen en marges uit onderstaande tabel.

9.5: Check in duo's (waarom dan...)

1. Eén persoon maakt de even opdrachten
2. De ander de oneven opdrachten
3. Beide klaar check elkaar werk 
4. Of...... ieder een vraag en meteen checken

1.6 Gemengde opgave

Maak zelfstandig

Hebben we huiswerk voor volgende week?

Samenvatting van de les

Evaluatievraag:
Op deze manier les krijgen vind ik

Omschrijf deze les in 3 woorden

Evaluatie van deze les:

9.4: Je kunt een passende maateenheid kiezen

9.5: Je kunt een aantal referentiematen benoemen en toepassen.

9.6: Je kunt alle informatie in dit hoofdstuk toepassen in de opdrachten.