Unité 3 - Grammaire I - ww op -er

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Menu du jour


- Finir les exercices 8b,c,d,e,f
                        Grammaire

- Faire les exercices online  
                        Grammaire
Menu du jour - Jeudi 25 mai
Na deze les: 
- Weet ik wat de werkwoorden op -er zijn.
- Kan ik de werkwoorden op -er gebruiken

Slide 3 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden op -er
danser = dansen, maar je kan ook zeggen: ik dans
In het Nederlands:
Ik dans
Jij danst
Hij/zij/men danst
Wij dansen
Jullie dansen
Zij dansen

Slide 4 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden op -er
In het Frans zeggen wij ook niet: ik dansen (je danser)
Daarom moeten wij dit vervoegen!
Stappenplan:
Stap 1
Het hele werkwoord op er - er is de stam
ex. danser -> dans-er, dus de stam is dans
Dan zijn we nog niet klaar!

Slide 5 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden op -er
Stap 2: plak achter de stam de juiste uitgang.
Uitgangen:
Je (ik) : stam + e
Tu (jij) : stam + es
Il (hij)/elle (zij)/ on (men) : stam + e
Nous (wij) : stam + ons
Vous (jullie of u) : stam + ez
    ils/ elles (zij) : stam + ent

Slide 6 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden op -er
Dit wordt dus,
Ik dans -> je danse
Jij danst -> tu danses
Hij/zij/men danst -> il/elle/on danse
Wij dansen -> nous dansons
U danst/jullie dansen -> vous dansez
Zij dansen -> ils /elles dansent

Slide 7 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden op -er
Uitspraak met als voorbeeld: "regarder"
Heel werkwoord eindigt op -er en spreek je uit als [ee]
Je -> e, spreek je uit als [u] in het woord "kruk".
Tu -> es, spreek je uit als [u] in het woord "kruk".
Il/elle/on -> e, spreek je uit als [u] in het woord "kruk".
Nous -> ons, spreek je uit als [on] in het woord "onvoldoende"
Vous -> ez, spreek je uit als [ee] in het woord "eend"
Ils/elles -> ent, spreek je uit als [u] in het woord "kruk"

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Slide 10 - Vidéo

Slide 11 - Diapositive

Le test sur le présent




Socrative --> VUL IN roomname: TH1GHUYGENS

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive