Hoofdstuk 7 paragraaf 3: oppervlakte ruimtefiguren

• Wiskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 7: Oppervlakte en Inhoud

Par 7.3 Oppervlakte ruimtefiguren

Overzicht lesinhoud

- Opfrissen kennis paragraaf 7.2

Nieuwe stof paragraaf 7.3:

- behandelen Theorie D: oppervlakte ruimtefiguren

- oppervlakte cilinder   - oppervlakte prisma

- Testopgave

Maken: par 7.3 t/m opgave 38

Afsluiting: opgave 38

Wat is de oppervlakte van de driehoek die hier rechts getekend is?

1. Opp = 0,5 x 5,5 x 3 = 8,25 cm^2
2. Opp= 0,5 x 6,5 x 3 = 9,75 cm^2
3. Opp = 5,5 x 3 = 16,5 cm^2
4. Opp = 6,5 x 3 = 19,5 cm^2

- Oppervlakte van veel voorkomende wiskundige ruimtefiguren kunnen berekenen

- Oppervlakte van een cilinder kunnen berekenen

- Oppervlakte van een prisma kunnen berekenen

- Als de formule gegeven is de oppervlakte van een bol kunnen berekenen

Leerdoelen

Par 7.3: Oppervlakte ruimtefiguren

Algemene Theorie:

Straal = ?

Cirkel=π⋅5,5​2​​=95cm​2​​

Cilindermantel=omtrekcirkel⋅hoogte

Diameter⋅π⋅hoogte=11⋅π⋅20=691,15cm​2​​

Totaal=2⋅cirkel+cilindermantel=2⋅691,15+95=1477,3cm​2​​

Overzicht lesinhoud

- Opfrissen kennis paragraaf 7.2

Nieuwe stof paragraaf 7.3:

- behandelen Theorie D: oppervlakte ruimtefiguren

- oppervlakte cilinder   - oppervlakte prisma

- Testopgave

Maken: par 7.3 t/m opgave 38

Afsluiting: opgave 38

Antwoord:

• Formule: diameter= omtrek / pi
• diameter = 20/pi = 6,36619...cm
• Afgerond is dit 6,4 cm

Stappenplan voor antwoord:

• Diameter opgave A: 6,4 cm
• Straal = diameter/2 = 6,4/2 = 3,2
• oppervlakte bol = 4 x pi x straal ^2 = 4 x pi x 3,2^2 = 128,6796... cm
• Afgerond is de oppervlakte 128,7 cm