Basiszorg 1 - Infectieleer

• Verzorgende
• MBO
• Studiejaar 1

Infectieleer

Inhoud

1. Micro-organismen
2. Invloed op het lichaam
3. Infectieziekten
4. Micro-organismen uitschakelen 
5. Waarom hygiënisch werken?
6. Beschermen en beschermd worden

Leerdoelen 

• Je kunt voorbeelden benoemen van verschillende groepen micro- organismen en de meest voorkomende infectieziekten
• Je kunt de infectiecyclus uitleggen
• Je kunt de betekenis van sterilisatie en desinfectie uitleggen 
• Je kunt uitleggen wat het belang is van hygiënisch werken
• Je kunt uitleggen wat isolatie en kruisbesmetting inhoud

Waar denk je aan bij het woord infectie?

Infectie

Men spreekt over een infectie als een micro-organisme, in een levend wezen is binnengedrongen en zich daar vermenigvuldigd heeft (dit hoeft niet schadelijk te zijn)

Wat zijn micro-organismen?

• Virussen                        
• Bacteriën
• Schimmels
• Parasieten
• Prionen 

Besmetting met een micro-organisme, zorgt altijd voor een infectieziekte.

Waar

Niet waar

Individuele opdracht

Zoek in het boek (en eventueel op internet) informatie op over 'de infectiecyclus'.

micro-organismen

Geschikte leefomgeving voor micro-organismen

Verlaten van leefomgeving

Verschillende manieren van transport

Toegangspoort nieuwe omgeving

Samenwerkingsopdracht

1. Maak groepjes (5x3 en 2x4)
2. Trek een lootje
3. Verdiep je in deze infectieziekte
4. Beschrijf:

• Kenmerken van het ziektebeeld
• Welk micro-organisme veroorzaakt het?
• Hoe vindt de infectie plaats?
• Wat zijn de aandachtspunten bij deze infectieziekte? 

Covid-19

Hepatitis

Influenza

E-coli

MRSA

Salmonella

Ringworm 

Steriliseren en desinfecteren

Steriliseren:        doden van alle micro-organismen

Desinfecteren:  micro-organismen onschadelijk maken/gedeeltelijk doodmaken

Hoe doe je dit?

Waarom is het belangrijk dat je hygiënisch werkt?

Vormen van besmetting

- Indirect contact

- Direct contact

- Kruisbesmetting 

• Handhygiëne
• handschoenen
• Persoonlijke hygiëne
• Materialen en omgeving

Direct contact

Indirect contact

via bloedbaan

via slijmvliezen

via seksueel contact

via voedsel

via je handen

via insecten

via aerosolen

via een prikaccident

Beschermen en beschermd worden

1. Maak groepjes van 3 of 4

2. Beantwoordt de volgende vragen:

• Welke vormen van isolatie bestaan er?
• Wanneer gebruik je welke vorm van isolatie?
• Welk isolatiemateriaal bestaat er allemaal?

3. Terugkoppeling

Wat heb je geleerd vandaag?

Volgende bijeenkomst

Module 4:

voorschriften voor veilig werken

ergonomisch verantwoord werken 

Module 5:

Bed van de zorgvrager