Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 10 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Maatschappijleer
CRIMINALITEIT
9.6 Preventie of repressie
Slide 1 - Diapositive
Planning
Wat kan je verwachten in het komend SE
Herhalen
Uitleg 9.6. Preventie of repressie
Vragen stellen
Afsluiten
Slide 2 - Diapositive
Was het duidelijk wat je moest leren?
Ja
Nee
Slide 3 - Sondage
Toets PE3
H9.1 t/m H9.6 Criminaliteit ( behalve H9.3)
begrippen en leerdoelen
actualiteiten toets
Waar? alles staat straks in classroom
Je moet minimaal 6.5 hebben voor een compensatie punt
Slide 4 - Diapositive
0
Slide 5 - Vidéo
Wie was er ook alweer bij?
In het filpmje hebben we verschillende personen tijdens een rechtszaal gezien. Sleep nu de juiste plaatjes naar het juiste woord.
De Advocaat
De Verdachte
De Rechter
De Officier van Justitie
Slide 6 - Question de remorquage
Politie
Officier van justitie
Maakt een proces-verbaal.
Daagt een verdachte voor de rechter.
Arresteert de verdachte.
Legt een waarschuwing of boete op.
Slide 7 - Question de remorquage
Slide 8 - Vidéo
JUIST
ONJUIST
In het laatste woord betuigt een verdachte soms spijt.
Een pleidooi is het verhaal van de officier van justitie.
Het requisitoir is het verhaal van de officier van justitie.
De verdachte heeft het laatste woord.
Slide 9 - Question de remorquage
Zet het verloop van een rechtszaak in de goede volgorde
Uitspraak/ Vonnis
Advocaat houdt toespraak
Verhoor getuigen
Aanklacht
Opening
Verhoor verdachte
Officier van Justitie aan het woord
Laatste woord verdachte
Slide 10 - Question de remorquage
Wat is GEEN risicofactor voor criminaliteit?
A
Ouders die roken
B
Groepsdruk
C
Spijbelen
D
Slechte opvoeding
Slide 11 - Quiz
Het opsporen van criminelen is een belangrijke taak van de politie. De politie mag daarom een verdachte ... en ...
A
bewijzen en fouilleren
B
fouilleren en arresteren
C
meenemen en spreken
D
spreken en arresteren
Slide 12 - Quiz
Welk begrip pas hierbij? De officier van justitie laat iemand niet voor de rechter laten komen wegens gebrek aan bewijs
A
schikken
B
marchanderen
C
Vervolgen
D
seponeren
Slide 13 - Quiz
De slottoespraak van de officier van justitie met daarin de strafeis.
A
Tenlastelegging
B
Requisitoir
C
Pleidooi
D
Vonnis
Slide 14 - Quiz
Welk begrip pas hierbij? De officier van justitie laat iemand niet voor de rechter laten komen wegens gebrek aan bewijs
A
schikken
B
marchanderen
C
Vervolgen
D
seponeren
Slide 15 - Quiz
Verdachte
Rechter
Officier van justitie
Advocaat
Slide 16 - Question de remorquage
Wie klaagt de verdachte aan?
A
de rechter
B
de verdachte
C
de advocaat
D
de officier van justitie
Slide 17 - Quiz
Je mag niet liegen in de rechtszaal. Hoe heet dit strafbare feit?
A
Bestwil
B
Meineed
C
Smaad
D
Laster
Slide 18 - Quiz
De slottoespraak van de officier van justitie met daarin de strafeis.
A
Tenlastelegging
B
Requisitoir
C
Pleidooi
D
Vonnis
Slide 19 - Quiz
Aanklacht
Pleidooi
Vonnis
Requisitoir
Laatste woord
Rechter
Verdachte
Advocaat
Officier van justitie
Strafeis
Tenlaste-legging
Uitspraak
Officier van justitie
Slide 20 - Question de remorquage
Slide 21 - Vidéo
Slide 22 - Vidéo
Slide 23 - Vidéo
Slide 24 - Vidéo
9.6Criminaliteit
Preventie of repressie
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Vidéo
Lesdoelen
Je kunt uitleggen welke doelen we met straffen hebben
Verschillende manieren noemen om criminaliteit te verlagen
Je kent de begrippen preventie en repressie
Slide 27 - Diapositive
Drie soorten straffen
Rechters leggen in Nederland jaarlijks tussen de 100.000 en 200.000 straffen op.
Er zijn drie hoofdstraffen:
een geldboete
een gevangenisstraf
een taakstraf
Slide 28 - Diapositive
Bijkomende straffen of maatregel
Naast de opgelegde straf kun je ook een bijkomende straf of maatregel krijgen.
Bijkomende straf: bijvoorbeeld een rijontzegging, gebiedsverbod of beroepsverbod.
Maatregel: bijvoorbeeld tbs of een schadevergoeding aan het slachtoffer.
Slide 29 - Diapositive
Waarom straffen we?
Straf dient als afschrikking
De dader leren ander gedrag aanleren
Door opsluiten wordt de samenleving veiliger.
Voor nabestaanden en slachtoffers is het een vorm van wraak of genoegdoening.
Slide 30 - Diapositive
Hoofdstraffen
Bijkomende straffen
Maatregelen
Bedoeld om de samenleving tegen de dader te beschermen
Taakstraf
Gevangenis-straf
Hechtenis
Heeft te maken met het strafbare feit
Ontzegging uit rijbevoegdheid
tbs
geldboete
Slide 31 - Question de remorquage
Slide 32 - Vidéo
Criminaliteit verminderen
Over het voorkomen van criminaliteit bestaan verschillende meningen. We noemen er een paar:
Mensen moet harder gestraft worden. Dit noemen we repressie (repressie =onderdrukking)
Daders moeten sneller bestraft worden.
Dit noemen we lik-op-stukbeleid.
Slide 33 - Diapositive
Criminaliteit verminderen
Rechters kunnen meer taakstraffen opleggen. Leer- en werkstraffen zorgen ervoor dat daders zich beter gaan gedragen.
Door meer toezicht en een grotere sociale controle komen daders minder snel in de verleiding.
Dit noemen we preventie.
Slide 34 - Diapositive
Preventie of repressie?
Politieke partijen denken verschillend over de aanpak van criminaliteit:
Linkse partijen leggen de nadruk op preventie van criminaliteit. Bijvoorbeeld door schooluitval tegen te gaan en inkomens beter te verdelen en in geval van leer- of werkstraffen uit te delen.
Rechtse partijen zijn voor een hardere aanpak (repressie) door hogere straffen op te leggen en gebruik te maken van lik-op-stukbeleid.
Slide 35 - Diapositive
linkse partijen
rechtse partijen
minder verschil arm en rijk
kwetsbare mensen helpen
lage belastingen
goede uitkeringen
eigen verantwoordelijkheid
streng straffen
Slide 36 - Question de remorquage
Criminaliteit onder jongeren
Eén van de manieren om toekomstige criminaliteit tegen te gaan is voor de overheid om jeugdcriminaliteit sterk aan te pakken. Dit doen zij onder andere door:
Jongeren snel te berechten (heel snel voor de rechter komen)
Jongeren helpen aan een baan of opleiding
Begeleiding en persoonlijke zorg
Jongeren te straffen waar nodig
Slide 37 - Diapositive
Op de stoel van een rechter
timer
12:00
Slide 38 - Diapositive
Welke doelen heeft de samenleving met straffen? Noem minstens 3 redenen.
Slide 39 - Question ouverte
Slide 40 - Vidéo
Op welke manier kan gezichtsherkenning preventief werken en op welke manier repressief?
Slide 41 - Question ouverte
Slide 42 - Vidéo
Lesdoelen behaald?
Waarom straffen we in Nederland?
Wat voor soort straffen kennen we in Nederland
Hoe willen de de criminaliteit verminderen?
Hoe kijken linkse partijen tegen dit probleem aan?
Hoe kijken rechtse partijen tegen dit probleem aan?
Slide 43 - Diapositive
Actietime!
9.6 Preventie of repressie
Lezen: Blz 150 t/m 151
Maken: 9.6 Opdracht: 1 t/m 10 op blz. 184 t/m 186
Maken: invulsamenvattingen en begrippenlijst op blz. 188/191 in je werkboek.
GA LEREN! Oefen met Quizlet (volgende slide) en de oefentoetsapp